VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Hoewel ze (gelukkig) nooit echt nodig zijn binnen een beleggingsportefeuille zijn er verschillende soorten derivaten op de markt. Een overzicht van de bekendste soorten derivaten. 

 

Call- en putopties

Overzicht soorten derivaten optiesHet bekendste derivaat is de optie. Dit instrument bestaat al sinds de Oudheid en is niet meer dan een recht op aan- of verkoop van iets (bijvoorbeeld een aandeel) tegen een bepaalde prijs (de uitoefenprijs) gedurende een bepaalde tijd (de looptijd).

Zoals je soms voor korte tijd een optie kunt nemen op een huis, zo kan je dat ook op aandelen, obligaties, dollars of goud. Kost het nemen van een optie op een huis doorgaans niets, bij beursgenoteerde opties staat daar een prijs op: de optiepremie.

Zonder dat je de onderliggende waarde bezit, kun je met opties speculeren op een gelijkblijvende koers, koersdalingen en -stijgingen. En met behulp van optiestrategieën kun je meer. Veel meer. Praktisch kun je op allerlei verwachtingen inspelen. Verwacht je bijvoorbeeld dat de koers van een aandeel gelijk blijft de komende tijd, met een kleine kans op een daling? Daar is een optiestrategie voor.

Net als bij andere derivaten geldt dat opties risicovol zijn, maar dat niet hoeven te zijn. Opties kun je namelijk ook inzetten om je portefeuille te beschermen. Overigens is handelen in opties, net als de meeste andere derivaten, niet goedkoop.

Turbo’s, Speeders en Sprinters
In alle basisboekjes over beleggen staat het: ‘Beleg nooit met geleend geld!’ Maar de Turbo, Speeder, Booster en Sprinter zijn feitelijk kant-en-klare producten om te beleggen met geleend geld. Met als ingebouwd extraatje dat de bank er de stekker uittrekt zodra het verlies zo groot wordt dat de eigen inleg bijna op is, hetgeen gebeurt op het stop-loss-niveau.

Turbo's, Speeders en Sprinters zijn ver­schillende namen voor wat feitelijk hetzelfde product is, maar ze worden uitgegeven door verschillende banken. De Turbo was oorspronkelijk een product van ABN Amro, de Speeder van Commerzbank en de Sprinter van ING. Het zijn certifi­caten waarmee beleggers met een kleine inleg met een hefboom kunnen profiteren van een stijging of daling van een onderliggende waarde, zoals aandelen, een bepaalde index of een hoeveelheid grondstoffen.

Het zijn populaire derivaten die kansen bie­den, maar onmiskenbaar grote nadelen hebben. Zo zijn de kosten erg hoog en kleven er andere risico's aan dergelijke derivaten.

De AFM heeft onderzoek gedaan naar bijna 4 miljoen turbo-transacties vanaf juni 2017, waaruit bleek dat in bijna 70 procent van de gevallen verlies werd geleden door de belegger. Hoe meer er werd gehandeld, hoe groter de kans op verlies.

Binaire opties
Deze producten betalen een bedrag uit als je een goede voorspelling doet over een onderliggende waarde, zoals een aandeel of beursindex. Is je voorspelling fout, dan verlies je je inleg. Dergelijke producten hebben niets met beleggen van doen. Het is gokken. Sinds april 2019 geldt een verbod van de AFM om binaire opties in of vanuit Nederland op de markt te brengen, te verspreiden of te verkopen aan niet-professionele beleggers. Lees ook het VEB-onderzoek naar binaire opties.

CFD's
Een cfd is een risicovol hefboomproduct waarmee beleggers kunnen speculeren op koersbewegingen van onder andere aandelen, valuta’s en grondstoffen. De hefboom resulteert in grote rendementsschommelingen op de initiële inleg ('margin'). In bepaalde situaties kan een belegger zelfs met een restschuld blijven zitten. De hoge kosten van CFD's helpen daarbij niet.

Om die reden waarschuwen toezichthouders al jaren voor deze producten. De AFM heeft in april 2019 beperkingen gesteld aan de verkoop van CFD’s aan niet-professionele beleggers. Beleggingsondernemingen moeten bij de verkoop van CFD’s nu aan een aantal voorwaarden voldoen die zijn bedoeld om het risico voor beleggers te verminderen.

Warrants
Een speciaal soort optie is de warrant. Ook een warrant geeft de bezitter het recht om gedurende een periode tegen een vastgestelde prijs bepaalde zaken te kopen (call-warrant) of te verkopen (put-warrant).

Het grote ver­schil tussen opties en warrants is dat opties door de optiebeurs worden geïntroduceerd, in verschillende series met een vast patroon voor wat be­treft de looptijden en de uitoefenprijzen. Warrants worden door bedrijven uitgegeven en dat gaat minder volgens vastgelegde patronen. Zij zijn vaak onderdeel van een aandelenemissie of schulduitgifte. Daarmee kan een onderneming extra kapitaal ophalen. Warrants kunnen een veel langere looptijd hebben dan opties, tot wel 15 jaar.

Bekendste soorten derivaten
Op deze pagina worden slechts enkele bekende derivaten beschreven. Er zijn vele andere soorten derivaten, die je als belegger niet per se nodig hebt en alleen geschikt zijn voor professionele partijen, en ook voor hen is het (afhankelijk van het soort product) maar de vraag of het product van toegevoegde waarde is. Mocht je een product tegenkomen dat je niet kent, neem dan contact op met de VEB-Beleggersservice voor meer informatie (uitsluitend voor VEB-leden). De specialisten daar kunnen je helpen met uitleg en een inschatting maken of het geschikt is voor de particuliere belegger.

Neem contact op met Beleggersservice