Heijmans komt goed door de coronacrisis met een omzetgroei in de dubbele cijfers. Daarmee is het bedrijf illustratief voor de hele Nederlandse bouwsector die ondanks tegenvallende resultaten bij BAM als geheel goed doordraait, zeker afgezet tegen veel andere Europese landen. Het verklaart een flink deel van het verschil in economische krimp tussen Nederland en de eurozone als geheel.
Heijmans meldde over het eerste halfjaar 839 miljoen euro omzet. Dat was 15 procent meer dan een jaar eerder. De operationele winst nam met 14 procent toe tot 41 miljoen euro.
Productie gaat door
Bestuursvoorzitter Ton Hillen wees erop dat Heijmans wel degelijk te maken heeft met de gevolgen van de crisis. Materialen waren minder goed beschikbaar, net als buitenlandse werknemers.
Desondanks slaagde het bedrijf erin de productie te laten doorgaan. “Er zijn geen projecten stilgevallen en ook de beschikbaarheid van mensen en materialen krijgen we linksom of rechtsom geregeld”, aldus Hillen. Dat het niet overal in sector zo goed gaat, werd eerder deze week duidelijk. Concurrent BAM bijvoorbeeld, meldde donderdag een flink verlies.
Vooral de woningbouw ging goed bij Heijmans. Deze valt onder de divisie Bouw en Techniek en de omzet steeg er met ruim een vijfde. De divisie Infra waar grote werken bijvoorbeeld aan snelwegen onder vallen zag de omzet met 4 procent toenemen.
Kleine krimp bouwsector
De sterke cijfers van Heijmans passen in een breder beeld van de Nederlandse bouw die goed doordraait. Het CBS meldde deze week weliswaar dat de omzet van de bouw in het tweede kwartaal voor het eerst sinds 2014 was afgenomen. Maar de krimp van 1,6 procent mag eigenlijk geen naam hebben.
Helemaal vergeleken met veel andere Europese landen komt de bouw hier goed door de crisis. Volgens Eurostat viel de bouwomzet in de eurozone als geheel 10 procent lager uit. In Frankrijk bedroeg de krimp een vijfde, in het Verenigd Koninkrijk zelfs meer dan een derde.
1 procentpunt krimp bespaard
De bouwsector was in 2019 goed voor zo’n 74 miljard euro omzet. Dat is iets minder dan een tiende van het Nederlandse BBP. Als de Nederlandse bouw net als die in de rest van de eurozone ook 10 procent was teruggezakt had dat grofweg 1 procentpunt economische krimp extra opgeleverd.
De Nederlandse krimp stak met 8,5 procent positief af tegen die van de eurozone (-12,1 procent). Dat verschil komt dus voor circa een kwart op het conto van de bouw.
Topman Hillen besloot een paar jaar geleden om de buitenlandse activiteiten van Heijmans te verkopen. Dat was vooral vanuit het inzicht dat er weinig overlap is tussen Nederlandse en buitenlandse bouwbedrijven. Deze beslissing pakt nu in een epidemie echter ook goed uit.
Het aandeel Heijmans blijft vrijdag op een iets lagere beurs goed liggen. De koers is al weer bijna terug bij het niveau waar het dit jaar op begon, maar nog niet halverwege de koers die twee jaar geleden nog op de borden stond.