AkzoNobel was vorige week een van de grote winnaars op het Damrak nadat de verfmaker kon melden dat de winst in het tweede kwartaal hoger gaat uitvallen dan analisten verwachtten. Het volledige kwartaalbericht werd door beleggers voor kennisgeving aangenomen maar bevat toch belangrijke extra informatie.
Met de positieve winstwaarschuwing van vorige week werd het voor beleggers al duidelijk dat er een herstel op de verfmarkt gaande is.
Na sterke omzetdalingen in april en mei (respectievelijk min 30 en min 20 procent) bleef de daling in juni beperkt tot 5 procent. Met name de verkoop van decoratieve verven is sterk aangetrokken, gaf Akzo vorige week aan. In de auto-industrie en luchtvaart is de situatie nog wel zorgelijk.
Hoewel AkzoNobel het streven naar een operationele winstmarge van 15 procent voor dit jaar eerder al had losgelaten, zag de onderneming dit getal toch verbeteren van 13,7 procent eind 2019 naar 14 procent in het tweede kwartaal. Naar eigen zeggen is dit voornamelijk te danken aan ‘tijdelijke kostenbeperkende maatregelen’. Gegeven de flinke omzetdaling (17 procent daling als schommelingen in valuta buiten beschouwing worden gelaten) mag dit best een prestatie heten.
Maar AkzoNobel blijft terughoudend als het gaat om de doelstellingen.
“We hebben niet de moed om een financiële doelstelling voor 2020 af te geven, maar hebben wel het gevoel dat we meer in control zijn dan in de eerste helft van het jaar, ” stelt het concern in het halfjaarbericht.
Dat topman Vanlancker in de kosten snijdt is eindelijk zichtbaar in de resultaten. Akzo ligt goed op weg om jaarlijks structureel 200 miljoen euro te besparen. De teller staat nu op 140 miljoen euro.
Daarnaast is in het laatste kwartaal flink op incidentele kosten bespaard, zoals reiskosten. In een interview met Bloomberg maakte Vanlancker woensdag het nieuwe Akzo-mantra bekend: “Als het geld kost is het antwoord nee”. Het bedrijf gaf aan dat een deel van dit soort kosten terugkomt, maar dat hier goed naar gekeken wordt.
Twee gezichten
AkzoNobel heeft twee gezichten, decoratieve verven (40 procent van de omzet) en coatings (60 procent van de omzet). De decoratieve verven opereren in zeer competitieve markten. Voor de meeste doe-het-zelf-klussers bepaalt niet het merk, maar de reclamefolder van de bouwmarkt welke pot verf in de winkelwagen belandt.
Maar in mei en juni presteerde de tak redelijk sterk omdat veel mensen in Noordwest-Europa de lockdown aangrepen om te klussen in en rond het huis. Tegen constante wisselkoersen daalden de verkopen hier met 6 procent. Akzo liet zelfs weten dat het een hele klus was om alle schappen in de Hornbach, Gamma en Karwei goed gevuld te houden.
Beleggers zijn wel gewaarschuwd, want deze vraag is voor een belangrijk deel incidenteel. In een tweede lockdown kan er ook wat meer geklust worden, maar mensen gaan hun huis niet elk jaar schilderen.
De speciality coatings tak is normaal de sterkhouder, maar zit nu in de hoek waar de klappen vallen. De tak levert coatings en lakken voor onder meer olietankers, vliegtuigen en auto’s. Die industrieën zijn hard geraakt. De omzet daalde hier met maar liefst 23 procent.
AkzoNobel haalt een “laag enkelcijferig” deel van de groepsomzet uit coatings voor vliegtuigen van fabrikanten als Boeing en Airbus. Maar omdat dit echt een niche is zal het aandeel in de winst aanzienlijk groter zijn. Akzo verwacht dat het herstel van deze tak van sport het langst zal duren.
Eendimensionaal
Tot eind februari had de onderneming niet alleen een margedoel van 15 procent, maar ook een doel voor het rendement op geïnvesteerd kapitaal (ROIC) van 25 procent. Dat ROIC-doel verlaagde Vanlancker in februari - dus al voor corona – naar 20 procent.
Maar die 20 procent is voorlopig ook van tafel. Akzo zit hier ook mijlenver vandaan, met 13,8 procent in het tweede kwartaal.
Het kapitaalbeslag liep substantieel op, vooral door het oplopen van de debiteurenpost. Akzo laat hier weten dat dit gedeeltelijk valt te verklaren door klanten te ondersteunen met langere betaaltermijnen. Ook overnames – en de goodwill die hier wordt betaald – zorgen voor opwaartse druk op het geïnvesteerde kapitaal.
Geen afboeking
In verband met de grote onzekerheden die de coronacrisis met zich meebrengt heeft AkzoNobel het tweede kwartaal aangegrepen om nog eens goed te kijken naar de waarde van de bezittingen op de balans.
In tegenstelling tot bijvoorbeeld Shell en vorige week nog Heineken stelt het dat afboekingen op harde en zachte activa niet aan de orde waren. De aannames die Akzo maakt bij deze zogenaamde impairment-test ogen wel wat rooskleurig. Zo gaat het bedrijf uit van een fors herstel van de omzet in de periode 2021-2025. Over die periode zal de groei gemiddeld respectievelijk 3,7 en 3,6 procent voor de coatings en verftak bedragen.