Shell heeft flinke tegenwind. Zo waren er vorig jaar Saoedische prinsjes die probeerden de flexibele Amerikaanse schalieproducenten te verstikken door de markt tijdelijk te overspoelen met olie. Bovendien zorgde corona voor vraaguitval. Gelukkig is Shell gewend incidentele forse omzetdalingen soepel te incasseren.
Fundamenteel is er minder aanleiding voor zelfvertrouwen. Feit: milieugroeperingen hebben hun jarenlange strijd tegen de olie- en gassector gewonnen. De maatschappelijke en politieke wind is dankzij hun activisme structureel gedraaid: de wereld moet groener, en Shell moet daaraan mee- in plaats van tegenwerken. Ook steeds meer (institutionele) beleggers dringen daarop aan.
De miljardenaankoop van BG, waarmee het zwaartepunt meer op het relatief schonere gas werd gelegd, bood geen soelaas. Niet alleen zou volgens velen ook gas niet duurzaam genoeg zijn, maar de dure aankoop maakte ook de balans kwetsbaar. Tot vorig jaar kon Shell beleggers nog paaien met een vet dividend, maar toen dit noodgedwongen met twee derde werd verlaagd, had Shell helemaal geen vrienden meer.
Toch is het vreemd dat milieuzorgen en dividendverlaging nodig waren voor deze ommezwaai van beleggers. Immers, Shell boekt al jaren onvoldoende rendement op de miljarden die de onderneming jaarlijks investeert in de zoektocht naar en exploitatie van olie en gas. De hoge dividenden ten spijt, de harde kapitalistische waarheid is dat Shell over vele jaren gezien in economische zin een waardevernietigende onderneming is geweest. De milieuproblematiek komt daar nog bovenop.
Ook broeders BP, Total, Chevron en ExxonMobil kampen met druk vanuit de politiek, maatschappij en financiële wereld. Inmiddels bezuinigt de hele sector stevig op kosten en worden conventionele investeringen radicaal verlaagd. Het gevolg: onvoldoende nieuwe velden om de leegloop van bestaande te compenseren. Zolang groene energiebronnen het gat niet kunnen vullen, zullen paradoxaal genoeg de lagere investeringen leiden tot hogere olieprijzen en meer winst. In combinatie met het lagere kapitaalbeslag kan Shell dan eindelijk eens renderen.
Shell-aandeelhouders zijn dank verschuldigd aan de milieuactivisten. Nu nog hopen dat de groene investeringen wél rendabel zijn.
Dit is een column van Errol Keyner, adjunct-directeur van de VEB