BAM maakte eerder deze week bekend dat het OM en de FIOD een inval hadden gedaan bij de bouwer in Gouda. De opsporingsdiensten doen onderzoek naar “mogelijke onregelmatigheden” bij het inmiddels nagenoeg opgedoekte internationale onderdeel van het bedrijf. De VEB vraagt BAM om opheldering.
Het leek er even op dat het einde van het renovatieproject BAM in zicht was. Na jaren van overwegend slechte resultaten door forse projectverliezen leek bestuursvoorzitter Ruud Joosten het lek bij de grootste bouwer van Nederland boven te hebben.
Onder zijn leiding nam BAM afscheid van voormalig kernland Duitsland en ontmantelde het de overzeese activiteiten van het bedrijf die opereerden onder de naam BAM International. Verder luidde het devies kosten besparen, het zorgvuldiger inschatten van projectresultaten en niet meer blind jagen op opdrachten.
Dubai, Tanzania, Antarctica
Stoppen met BAM International was een belangrijk ingrediënt om BAM weer rendabel te krijgen. Die knoop werd in de zomer van 2020, enkele maanden voor de komst van Joosten, al doorgehakt. BAM International was zo’n beetje in elke uithoek van de wereld aanwezig. Het werkte onder meer aan de bouw van een futuristisch museum in Dubai, een vliegveld in Tanzania, een kantoor in Indonesië voor Unilever en een aanlegsteiger op Antarctica.
De werkmaatschappij zou worden afgebouwd vanwege “het ontbreken van positieve vooruitzichten” . Dat is een eufemisme: het naar omzet gemeten kleine onderdeel van BAM droeg er flink aan bij dat het groepsresultaat rake optaters kreeg.
BAM International: nauwelijks omzet, enorme verliezen
Bron: Jaarverslagen BAM. Bedragen in miljoenen euro. In de jaren voor 2018 gaf BAM geen aparte cijfers voor BAM International.
Bij de halfjaarcijfers in augustus zei topman Joosten nog dat er geen lopende internationale projecten meer waren en dat “de afbouw van de activiteiten bijna was afgerond”.
En toen werd het maandag 17 oktober 2022 en volgde er toch nog een venijnig staartje. BAM maakte bekend dat de FIOD en het OM enkele dagen daarvoor, op vrijdag 14 oktober, een inval hadden gedaan bij het hoofdkantoor van BAM International in Gouda.
In het persbericht van enkele regels meldde de bouwer dat het “onderwerp is van een onderzoek naar mogelijke onregelmatigheden bij enkele reeds opgeleverde projecten”.
Flinke boete
Beleggers schrokken en zetten het aandeel aan het eind van de dag ruim 11 procent lager. Daarbij speelt mogelijk mee dat nog vers in het geheugen ligt dat BAM in het verleden vaak forse “eenmalige” tegenvallers moest opbiechten, zoals enkele jaren geleden bij de aanleg van een zeesluis in IJmuiden.
Afgaand op het forse verlies in beurswaarde van 73 miljoen euro op maandag 17 oktober, lijken beleggers uit te gaan van een worst-case-scenario.
Een schrikbeeld voor beleggers zullen de casussen Ballast Nedam (2012) en SBM Offshore (2014) zijn. Beide bedrijven betaalden als onderdeel van een schikking respectievelijk 17,5 miljoen euro en 240 miljoen euro aan boetes. Zij hadden steekpenningen betaald om projecten binnen te slepen. Details werden niet gedeeld omdat de zaak niet voor de rechter kwam.
Maar de schadepost voor de twee bedrijven bedroeg circa één derde van het bedrijfsresultaat dat zij haalden in het jaar voorafgaand aan de boete. Als we dat verhoudingsgetal plakken op het ebitda-resultaat van BAM van 265 miljoen euro, kom je op een betaling van circa 85 miljoen euro. Toeval of niet, dat bedrag ligt in de buurt van het verlies aan beurswaarde van 73 miljoen euro.
SBM Offshore en Ballast Nedam betaalden een derde van hun bedrijfsresultaat (ebitda) om strafvervolging te voorkomen
Bron: Openbaar Ministerie (OM.nl), jaarverslagen bedrijven. Bedragen in miljoenen. Verondersteld wordt hier een boete voor BAM van 33 procent van het ebitda-resultaat van het laatst afgesloten boekjaar (2021).
Dit soort sommetjes levert uiteraard weinig meer op dan hele ruwe schattingen en ze zijn hoog-speculatief. Het is immers nog niet eens bekend of BAM überhaupt de wet heeft overtreden.
Lezing van schikkingsvoorstellen die wel openbaar werden gemaakt, zoals die in verband met de witwasproblematiek bij ING in 2018, laten zien dat vooral de ernst en de duur van de strafbare feiten alsmede de extra winsten die zijn behaald, bepalend zijn voor de hoogte van een boete.
Gezien de erbarmelijke financiële prestaties van de internationale tak van BAM is moeilijk voorstelbaar dat eventuele onregelmatigheden in de vorm van faciliterende betalingen of omkoping tot veel extra winst heeft kunnen leiden. Als het toch tot een boete zou komen, zou dit het voor beleggers in BAM extra pijnlijk maken.
Over de afgelopen vier jaar boekte de internationale tak bij elkaar 180 miljoen euro verlies op een totale omzet van ruim 800 miljoen euro.
VEB vraagt BAM om opheldering |
- Opmerkelijk is dat in het jaarverslag van BAM over 2021, afgetekend op 23 februari, twee zinnen zijn toegevoegd aan de toelichting ten opzichte van eerdere jaren. Hierin waarschuwt BAM plots voor ‘ethisch wangedrag’ en niet-naleving van wet- en regelgeving. Daarbij wordt onder meer verwezen naar “omkoping en corruptie” en mogelijke boetes of uitsluiting bij nieuwe aanbestedingen. Het roept de vraag of BAM niet al veel eerder wist van de problemen en hier beleggers veel te beknopt en te laat over heeft geïnformeerd. |
Zoek de verschillen: BAM waarschuwt opeens generiek voor omkoping in jaarverslag 2021
Bron: Jaarverslag 2020 en 2021. De in het jaarverslag van 2021 toegevoegde passage is uitgelicht met een kader.