Op de top weggaan. Afzwaaiend topman Jacques van den Broek hoefde weinig moeite te doen om drie uur lang zijn gezicht breed lachend in de plooi te houden tijdens de aandeelhoudersvergadering van Randstad. Maar liefst 34 jaar verbonden aan Randstad, waarvan de laatste 8 als hoogste baas.
Hij laat Randstad in topconditie achter, waarbij beleggers worden verwend met een extra dividend en een hoge aandelenkoers. Net als Randstads grondlegger Frits Goldschmeding tijdens de massawerkeloosheid in de jaren tachtig, werd niet alleen de bestaande infrastructuur in stand gehouden, maar investeerde Van den Broek hierin juist extra tijdens de coronacrisis. Hierdoor kon flink marktaandeel worden gewonnen zodra de economie aantrok. De verloren omzet is dan ook inmiddels weer ingehaald. De groei gaat gepaard met hoge winstmarges.
Van den Broek zag weinig in suggesties van de VEB om bijvoorbeeld IT-diensten, educatie of audit-diensten als product te verkopen. Randstad wil focus houden en blijven doen waar het goed in is. De uitzender is weliswaar marktleider, maar met slechts zo’n 6 procent marktaandeel is er ruimschoots groeipotentieel met de huidige activiteiten (primair het plaatsen van personeel).
Net als veel andere ondernemingen besteedt Randstad veel aandacht aan ‘zachte’, maatschappelijke factoren als diversiteit en duurzaamheid. Tijdens de aandeelhoudersvergadering benadrukte het bestuur dat economische prestaties daarbij een voorwaarde zijn. Intern staat daarom economische waarde-creatie centraal, met maatstaven als ROIC (rendement op geïnvesteerd kapitaal) en EVA (waarmee de kosten van kapitaal samen met operationele winst worden beschouwd).
Deze mentaliteit is ongetwijfeld een essentiële pijler geweest voor het succes van de onderneming. Het is aan opvolger Sander van ’t Noordende om aan te tonen dat de top van Randstad hoger ligt dan die Van den Broek heeft weten te bereiken met zijn team.
Qua governance scoorde Randstad een minnetje door de termijn van president-commissaris Wout Dekker voor de tweede maal met twee jaar te verlengen. Tegenwoordig is het gebruikelijk (en gewenst) om maximaal tweemaal vier jaar als commissaris bij een beursvennootschap te functioneren, met alleen in noodsituaties een (of maximaal tweemaal een) verlenging van twee jaar. Dekker zal bij voltooiing van deze termijn twaalf jaar Randstad-commissaris zijn geweest. De VEB meende dat een van de andere commissarissen gemakkelijk het stokje had kunnen overnemen. Als Randstad niet tegelijkertijd een nieuwe ceo en president-commissaris wil, had dat via een betere (commissaris)planning voorkomen kunnen worden. De aandeelhouders steunden echter Dekker, die dankzij 94 procent van de stemmen werd herbenoemd.