Gestructureerde financiële producten zijn de afgelopen jaren snel populair geworden. Maar overzichtelijk zijn ze niet altijd. We beschrijven wat gestructureerde producten zijn en welke risico’s ze kenmerken.
Wat zijn gestructureerde producten?
Deze beleggingsproducten (ook wel ‘structured products’, ‘structured notes’ of ‘special products’) worden uitgegeven door banken en vermogensbeheerders en zijn doorgaans opgebouwd uit een obligatie en één of meer opties. Ze hebben altijd een eindige looptijd die kan variëren van een paar maanden tot soms wel veertig jaar.
De producten kunnen als doel hebben:
- Potentiele groei genereren. Aan het eind van de looptijd wordt een rendement uitbetaald dat afhankelijk is van de prestatie van de onderliggende waarden.
- Potentiele inkomsten genereren. Een coupon (recht op een financiële uitkering) wordt periodiek uitbetaald, afhankelijk van de prestatie van de onderliggende waarden.
Opbouw gestructureerde producten
Gestructureerde producten zijn samengesteld uit een aantal bouwstenen. In de basis is het een obligatie: er is (meestal) sprake van een hoofdsom, een coupon en een bepaalde looptijd. Door het toevoegen van opties worden de hoofdsom, de coupon en soms ook de looptijd variabel. Er zijn talloze varianten; de mogelijkheden zijn eindeloos.
De belangrijkste kenmerken
De belangrijkste vier kenmerken van de meeste gestructureerde producten:
- Hoofdsomgarantie: bijvoorbeeld 100 procent of een deel van de inleg wordt ‘gegarandeerd’. Realiseer je dat een garantie boterzacht kan zijn; als het bedrijf dat de garantie geeft in de problemen komt, is het mogelijk dat je je inleg en/of de beloofde uitkeringen nooit (allemaal) zult ontvangen (zie kopje 'Kredietrisico' hieronder). Bovendien kosten ‘garanties’ geld; je betaalt een premie ten opzichte van hetzelfde product zonder garanties.
- Participatie in onderliggende waarde: deels of volledig meedoen met een bepaalde belegging, mandje van beleggingen of index.
- Rentecoupons: beleggers ontvangen een periodieke uitkering, vergelijkbaar met gewone obligaties, die afhankelijk kan zijn van bepaalde voorwaarden.
- Eventuele andere voorwaarden: bij reverse convertibles geldt bijvoorbeeld dat de uitgevende instelling bepaalt of de initiële inleg wordt uitbetaald in aandelen of cash aan het eind van de looptijd. En in het geval van coco's is dat bijvoorbeeld afhankelijk van het kernkapitaal van de uitgever. Voor andere producten kunnen weer andere voorwaarden gelden.
Risico’s van gestructureerde producten
Bij gestructureerde producten is het belangrijk om je ervan bewust te zijn dat deze het risico van de onderliggende waarden overnemen. Beleggers moeten in ieder geval met de volgende risico’s rekening houden:
- Kredietrisico. Let op de kwaliteit van de uitgevende instelling van de obligaties en breng voldoende spreiding aan tussen verschillende uitgevende instellingen. In feite gelden hier dezelfde regels als bij het beleggen in obligaties: een instelling kan in de problemen komen wat in het ernstigste geval kan leiden tot afschrijving van je belegging.
- Kapitaalrisico. Dit is de kans dat het product geen of gedeeltelijk de inleg zal terugbetalen, afhankelijk van de voorwaarden. Lees daarom de kleine lettertjes goed door.
- Liquiditeitsrisico. Als belegger moet je de intentie hebben om het gestructureerde product gedurende een langere tijd aan te houden, ongeacht de ontwikkelingen. Het is doorgaans namelijk moeilijk of zelfs onmogelijk om het product tussentijds te verkopen, vanwege de beperkte verhandelbaarheid ervan. En als je al kunt verkopen, is de spread (verschil tussen de bied- en laatprijzen) vaak hoog waardoor je zo 1% van de waarde verliest.
- Renterisico. Omdat obligaties zo’n belangrijke component zijn in gestructureerde producten sta je bloot aan het risico dat de rente stijgt, hetgeen een negatieve impact heeft op de waarde van uitstaande obligaties.
- Risico op vervroegd aflossen. Indien je het product over een langere periode wilt vasthouden, kun je bedrogen uitkomen. In sommige gevallen kan de aanbieder de stekker er tussentijds uittrekken en dat gebeurt dan natuurlijk altijd op een voor de belegger ongelegen moment.
In de brochure van een gestructureerd product staat vaak enige informatie over de belangrijkste risico’s. In het prospectus is doorgaans een uitgebreider overzicht van de relevante risico’s te vinden.
Verdiep je in het gestructureerde product
Zoals je inmiddels ziet, is het bij gestructureerde producten eens te meer van belang dat je begrijpt waarin je belegt, want een ingewikkeld product is lang niet altijd een verstandige belegging. Integendeel.
De beste manier om te beoordelen of een gestructureerd product interessant is, is door na te gaan waar het product uit bestaat en wat het zal doen bij een bepaalde ontwikkeling van de onderliggende waarde. Gewoon doorrekenen dus. Omdat de producten vaak uit opties op aandelen bestaan, zul je ook goed de werking van aandelen moeten begrijpen.
Kijk daarnaast naar de verschillen met de onderliggende waarde, zoals aandelen. Als het aandeel dividend uitkeert, is het bijvoorbeeld mogelijk dat dit niet gebeurt door het gestructureerde product.
Kosten van gestructureerde producten
Op nieuwe gestructureerde producten kan vaak zonder kosten worden ingetekend. Dat wil niet zeggen dat deze producten ook gratis zijn. Voor niets gaat alleen de zon op.
Banken en uitgevende instellingen verdienen aan gestructureerde financiële producten in het algemeen veel geld. Deze kosten zitten versleuteld in de prijs waarvoor het product wordt aangeboden. Het loont daarom altijd de moeite om een nieuw gestructureerd product na te rekenen of om te bekijken of het met bestaande financiële producten is na te bootsen of te verbeteren.
Ieder ‘aantrekkelijk’ element van een product heeft een prijs die de koper betaalt. Realiseer je dat deze kosten een aanzienlijke impact kunnen hebben op je verwachte rendement. Vermijd daarom dure producten.
Begrijp je het product niet helemaal, of kun je de kosten niet geheel doorgronden, beleg er dan niet in.
Vier hoofdgroepen gestructureerde producten
Er zijn vier hoofdgroepen te onderscheiden waarin de meeste gestructureerde producten wel zijn onder te brengen:
- Clickfondsen of garantieproducten. In zijn eenvoudigste vorm lijkt het clickfonds op een converteerbare obligatie: de belegger heeft een hoofdsomgarantie, maar bij koersstijging van een onderliggende waarde wordt daar ook van geprofiteerd. Bij garantieproducten wordt de hoofdsom gegarandeerd op bijvoorbeeld 100 procent (soms ook lager) en kan deze gegarandeerde hoofdsom aangroeien doordat hij meebeweegt (participeert) met bijvoorbeeld een bepaalde aandelenindex. Koerswinst wordt bij het bereiken van bepaalde niveaus veiliggesteld (‘vastgeclickt’).
- Couponproducten. Een couponproduct is, zoals de meeste gestructureerde producten, te ontleden in een obligatiedeel en een vaak zeer complex optiedeel dat bepalend is voor de coupon. De obligatie zorgt voor de hoofdsomgarantie.
- Hefboomproducten. Deze producten stellen beleggers in staat om met een geringe inleg veel rendement te behalen. In de praktijk verliest men echter vooral. De risico’s van hefboomproducten zijn te hoog.
- Reverse exchangeables en convertibles. Het betreft obligaties die door banken zijn uitgegeven en die de uitgevende instelling het recht geven om deze tegen een vaste koers in aandelen af te lossen. Zoals een converteerbare obligatie niet meer is dan een optelsom van een gewone obligatie en een calloptie, is de ‘reverse’ variant een optelsom van een gewone obligatie en een geschreven putoptie. De belegger heeft dus geen kooprecht zoals bij de gewone convertible, maar een koopplicht.
Het enige voordeel van dit soort producten is de zeer hoge couponrente, soms boven de 10 procent, zeker als het een variant is waarbij de belegger de plicht heeft om uit een mandje aandelen het slechtst presterende aandeel te kopen. Het risico is dus ook erg hoog.
Vuistregels voor handelen in gestructureerde producten
Wie bij het samenstellen van een portefeuille bij de opname van gestructureerde producten de volgende vuistregels in acht neemt, omzeilt vele valkuilen:
- Spreid de portefeuille over verschillende uitgevende instellingen en producttypen.
- Houd rekening met de kredietrating van de uitgevende instelling.
- Let op de kosten, deze zijn vaak niet goed zichtbaar of in de prijs verwerkt.
- Houd rekening met je risicoprofiel en de samenstelling van de rest van de portefeuille: garantieproducten zijn wat risico betreft vergelijkbaar met obligaties; hefboomproducten lijken meer op aandelen maar zijn vele malen risicovoller.
- Let goed op de prijsniveaus en geef aan- en verkoopopdrachten gelimiteerd op. De dagelijkse handel in deze producten is vaak beperkt.
- Kijk goed naar de kleine lettertjes, zodat je begrijpt of het product daadwerkelijk bij je past.
- Koop na de introductie. Gestructureerde producten kun je over het algemeen het beste enige tijd na de uitgifte kopen. Als gestructureerde producten enige tijd in notering zijn, kunnen zij soms een betere koop zijn dan nieuwe producten, omdat dan de introductiekosten al grotendeels uit de koers zijn verdwenen.
- Een uitgebalanceerde portefeuille kan zonder gestructureerde producten.