Belangrijkste punten
- Inkoop van eigen aandelen is één van de manieren waarop een onderneming de overtollige cash kan gebruiken
- Door aandeleninkoop stijgt de winst per aandeel van zittende aandeelhouders
- In tegenstelling tot dividend zien aandeelhouders aandeleninkoop niet als een vaste jaarlijkse ‘verplichting’
- Aandeleninkoop creëert op zichzelf geen waarde voor aandeelhouders
- De signaalfunctie van aandeleninkoop is vaak positief, waardoor de koers op de korte termijn kan stijgen als een inkoop wordt aangekondigd
- Timing is belangrijk, inkoop is op de lange termijn gunstiger als de aandelen worden gekocht wanneer deze ondergewaardeerd zijn Ondernemingen kunnen op de beurs hun eigen aandelen terugkopen van beleggers. Net als bij andere aanwendingen van de cash die een onderneming genereert, is de inkoop van eigen aandelen alleen een goede optie als aan bepaalde voorwaarden is voldaan.
Essentieel is dat er geen geschikte mogelijkheid is om (overtollig) geld zelf te investeren in projecten of overnames die een rendement genereren dat boven de kosten van het kapitaal ligt. Als die er inderdaad niet is, kan het ook verstandig zijn om wat geld in kas te houden als buffer voor slechtere tijden.
Maar als er veel overtollige cash is, zal een onderneming daar vroeg of laat een bestemming voor willen zoeken. Op een bankrekening levert het immers een laag rendement op, en bij negatieve rentes kan dat zelfs geld kosten. Het aanhouden van grote buffers kan daarnaast zorgen dat de prikkel voor het management om scherp te zijn op uitgaven en in de kosten te snijden wegvalt. Dat gaat ten koste van de resultaten in de toekomst.
De inkoop van eigen aandelen is een manier om met weinig risico geld terug te geven aan aandeelhouders. Investeren in onderzoek naar en ontwikkeling van nieuwe producten of diensten brengt meer risico met zich mee voor beleggers. Het is immers altijd maar afwachten of er voldoende rendement op de investeringen kan worden behaald.
Door de inkoop van eigen aandelen daalt het aantal uitstaande aandelen. Hierdoor worden toekomstige winsten over minder aandelen verdeeld en stijgt de winst per aandeel.
Aandeleninkoop vs. dividend
De andere manier om geld terug te laten vloeien naar aandeelhouders, is het uitkeren van dividend. Het grootste voordeel van aandeleninkoop tegenover dividenduitkeringen is dat beleggers bij een inkoop zelf kunnen bepalen of zij aandelen verkopen en cash in handen krijgen. Daarnaast hoeft er geen dividendbelasting te worden afgerekend. Veel beleggers zien aandeleninkopen bovendien niet als een vast jaarlijks fenomeen, terwijl dat bij een dividenduitkering meestal wel het geval is.
Een aandeleninkoop geeft zo meer vrijheid, zeker omdat een onderneming vaak (via een voorstel op de aandeelhoudersvergadering) de mogelijkheid maar niet de verplichting schept om voor een bepaald maximumbedrag in te kopen.
Geen ‘free lunch’
De inkoop van eigen aandelen lijkt goed nieuws te zijn voor de aandeelhouders. De winst per aandeel kan daardoor namelijk stijgen. Dat wil echter niet zeggen dat er ook waarde wordt gecreëerd. Daarvoor is een belangrijke oorzaak aan te wijzen: een aandeleninkoop heeft als gevolg dat er een kleinere buffer is waar de onderneming op kan terugvallen in slechte tijden. Dit verhoogt het risico voor aandeelhouders en dat zorgt voor een dempend effect op de koers.
Technische uitleg: de kosten van kapitaal |
|
Ook als de balans van een onderneming sterk is en een aandeleninkoop een klein effect heeft op het risico, betekent een hogere toekomstige winst per aandeel niet dat een aandeel daardoor meer waard is. De direct beschikbare cash per aandeel neemt namelijk af als er aandelen worden ingekocht.
Er is dus geen sprake van een free lunch, een stijging van de koers zonder dat er operationeel iets verandert aan de onderneming. Als de prijs de onderneming betaalt laag genoeg is kan een aandeleninkoop echter weldegelijk gunstig zijn voor aandeelhouders.
Wanneer is een aandeleninkoop een goede optie, en wanneer niet?
Op de markt kan de aankondiging van een aandeleninkoop (in ieder geval in het verleden) vaak op een positieve reactie rekenen, zoals bijvoorbeeld blijkt uit onderzoek over de periode 1998 tot en met 2008 op de Duitse beurs. Dat beleggers deze aanwending van de liquide middelen enthousiast ontvangen heeft enkele redenen, die liggen in het signaal dat hiervan uitgaat:
- Inkoop van eigen aandelen laat zien dat de leiding van de onderneming er vertrouwen in heeft dat in de toekomst genoeg verdiend wordt om de nodige investeringen te doen en de schuldeisers te betalen.
- De onderneming geeft ermee aan dat zij de overtollige cash niet gebruikt voor investeringen of overnames die geen waarde creëren of zelfs waarde vernietigen, en bijvoorbeeld alleen gericht zijn op uitbreiding of prestige.
- Als aandelen worden ingekocht, kan dat worden opgevat als een signaal dat het bestuur van mening is dat de aandelen op de beurs ondergewaardeerd zijn.
Een rechtvaardiging die de onderneming daarnaast vaak geeft voor een aandeleninkoop is gericht op het tegengaan van verwatering. Omdat bestuur en werknemers vaak deels in aandelen(opties) worden uitbetaald, neemt het aantal uitstaande aandelen van een onderneming vanzelf gestaag toe. Dit zorgt voor verwatering van de zittende aandeelhouders: de vrije kasstromen moeten over meer aandelen worden verdeeld. Met de inkoop van eigen aandelen kan dit effect worden geneutraliseerd of verkleind.
Ook kan de inkoop worden ingezet om het effect van eerdere emissies te compenseren. ArcelorMittal deed dit bijvoorbeeld al eens.
Dit kan een legitieme reden zijn, hoewel het altijd afhangt van de prijs waartegen de inkoop gebeurt. Of de eigen aandeleninkoop voor de aandeelhouders die niet verkopen waarde oplevert, staat of valt met de koers die wordt betaald; zijn de aandelen op de beurs ondergewaardeerd of niet? Een uitspraak van Warren Buffett maakt dit goed duidelijk:
“What is smart at one price is stupid at another”, ‘wat slim is bij de ene prijs is dwaas bij een andere.’
Timing
Aandelen zouden alleen ingekocht moeten worden wanneer de onderneming minder dan de intrinsieke waarde hoeft te betalen. Het lijkt logisch dat een onderneming zelf het beste toegerust is om te bepalen of de eigen aandelen ondergewaardeerd zijn. De ondernemingsleiding heeft immers de meeste informatie over de financiële situatie en toekomstperspectieven en is daarmee in de beste positie om de intrinsieke waarde te bepalen.
In de praktijk zie je echter vaak dat inkopen worden gedaan als het goed gaat met de economie en de winst en de beurskoersen hoog zijn. Dan is er veel geld beschikbaar. In slechte tijden, als de koers laag staat, is dat geld er niet. Sterker, er zijn ook voorbeelden van ondernemingen die in barre tijden extra geld nodig hebben en tegen lage koersen aandelen uitgeven. Ondernemingen bleken in het verleden niet goed te zijn in de timing van de inkoop van eigen aandelen. Als de aandelen worden gekocht tegen een prijs die hoger ligt dan de intrinsieke waarde, vindt juist waardevernietiging plaats.
Lange termijn
Een aandeleninkoop kan dus een prima manier zijn om incidenteel geld terug te sluizen naar aandeelhouders, zonder de verwachtingen die bij dividenduitkeringen horen. De signaalfunctie en de extra vraag naar het aandeel die als het gevolg van de inkoop op de markt komt, kunnen de koers op korte termijn opstuwen.
Op de lange termijn zijn het vooral fundamentele factoren die het rendementspotentieel van een onderneming bepalen, en daarmee de intrinsieke waarde van het aandeel. Door een aandeleninkoop krijgen de aandeelhouders die blijven zitten een groter deel van de onderneming in handen. Maar of zij daar echt baat bij hebben, hangt bovenal af van de prijs die wordt betaald.