VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Wat er precies gebeurd is, tijdens die hectische dagen in Zweden, weet ik ook niet. Met de uitsluiting van Joost Klein op het Eurovisiesongfestival was voor mij de Eurovisie-lol er meteen van af. Ineens stond het betuttelende karakter van het evenement weer vol in de schijnwerpers, dat dan weer wel.

Anders is dat met de recente diskwalificatie van de top van het ministerie van Financiën door de Hoge Raad. Die verdient volle waardering: douze points. Belastingbetalers lijden al decennia onder het betuttelende karakter van het ministerie en specifiek de behandeling van box 3.  

Verwijtbare miskleun 
Ruim twee jaar geleden verordonneerde de rechter dat protesterende spaarders volledige compensatie verdienden voor eerder ontvangen te hoge aanslagen. Dat betekende een flinke budgettaire tegenvaller die het ministerie op beleggers dacht te verhalen, “om het budget-neutraal op te lossen”.  

Het blijft nog gissen welke redelijkheid dit dient en aan wiens brein dit is ontsproten. Ruim een jaar geleden gebruikten wij het wettelijke recht tot inzage van documentatie om helder te krijgen wie binnen het kabinet verantwoordelijk zijn geweest voor deze verwijtbare miskleun. De betrokken ministeries doen opvallend lang over de beantwoording. We willen namen, rugnummers en alle onderlinge communicatie zien. Bij het uitvoeren van publieke taken past immers publieke verantwoording. We leren de politieke vijanden van spaarzaam en beleggend Nederland en hun drijfveren graag beter kennen. Ook horen we graag of ze andere oplossingen kregen aangereikt en hebben overwogen. Als iets of iemand van de situatie van extreem lage rente heeft geprofiteerd, is het de overheid zelf, die tegen nul procent of zelfs negatieve rente kon lenen en tegelijkertijd de beleggers in diezelfde staatsobligaties voor hoge fictieve rendementen (>4%) bleef aanslaan. 

Drukkende kosten en effectieve opbrengsten 
Iedere beginnende student fiscaal recht had de tijdelijke passanten aan de Korte Voorhout de uitgangspunten van de belastingheffing kunnen vertellen: schulden mag je pas fiscaal aftrekken als ze ook daadwerkelijk ‘drukken’ op het resultaat (een effectieve last geven). En naar analogie daarvan mag je enkel die opbrengsten belasten die daadwerkelijk ‘bijdragen’ aan het resultaat. Het valt niet binnen fiscale kaders te plooien om bij een rente van nul procent spaarders aan te slaan voor een fictief rendement dat procenten hoger ligt. Dan is het gat tussen fictie en werkelijkheid te groot. Ditzelfde geldt voor beleggers die in een bepaald jaar geen rendement maken. 

De Hoge Raad trekt nu een streep in het zand met de doorhaling van de zwaar academisch ingestoken inzichten in de ‘herstelwet’ over gemiddelde beleggingsmixen en langjarige gemiddelde rendementen. Het gezonde boerenverstand keert terug. Logischerwijs mag alleen het werkelijk behaald rendement in een jaar worden belast. De introductie van deze (tegen-)bewijsregeling vergt enig gepuzzel bij het invullen, maar onoverkomelijk is het niet. Vrijwel overal ter wereld is dit de norm.
 

Met de recente uitspraken van de Hoge Raad krijgen beleggers het te veel betaalde terug; volkomen terecht en bemoedigend. Helaas, niet alles is rozengeur en maneschijn. Vooralsnog heeft de Hoge Raad geen kostenaftrek toegestaan. Beleggen zonder kosten, ik zou ervan dromen en iedereen met vastgoed als aanvullend pensioen ook, want onderhoud is kostbaar.  

Verder heeft de Hoge Raad geen rekening gehouden met inflatie. Waar het rendement niet uitstijgt boven de inflatie, neemt de effectieve koopkracht niet toe en is het bizar dat er wel extra belasting verschuldigd is.  

We gaan de uitspraken tot in de haarvaten analyseren en rusten niet voordat een einde is gekomen aan de discriminatoire fiscale behandeling tussen (pensioen)beleggen in eigen beheer en deelname in pensioenfondsen en verzekeraars. Voor dat verschil is geen enkel overtuigend argument meer. 

Gerben Everts is directeur van de VEB