VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Bij de beursgang in 2016 zag Signify nog “duidelijke kansen voor langetermijngroei”. Om de teruglopende vraag naar gloeilampen op te vangen, deed het bedrijf een reeks overnames. Maar de groepsomzet kwam over deze periode niet van zijn plek, terwijl de schuld wel flink is toegenomen. Drie vragen over het verlichtingsbedrijf aan de vooravond van de aandeelhoudersvergadering.

1: Kan Signify de groeimodus weer vinden?
Toen Philips Lighting – later omgedoopt tot Signify - werd afgesplitst van het moederbedrijf in 2016, was duidelijk dat de energiezuinige ledverlichting (Light Emitting Diode) de toekomst moest worden. Ondertussen zou de traditionele gloei-, halogeen- en tl-verlichting-business genoeg inkomsten genereren om de overbruggingsperiode door te komen, zo was het idee.

Alle Signify-klanten moeten dus overstappen op ledverlichting. In het assortiment van Signify zitten allerhande lampen en verlichtingsinstallaties voor zowel consumenten als bedrijven. Denk daarbij aan de lampen van Philips Hue, die een regenboog aan verschillende sfeerlichten kunnen uitstralen. Ook levert Signify verlichting voor hotels, fabrieken en bijvoorbeeld voetbalstadions.

In de praktijk werden de teruglopende inkomsten uit traditionele verlichting net aan gecompenseerd door stijgende verkopen van ledverlichting. De slotsom: in de afgelopen acht jaar is de omzet van Signify nauwelijks van zijn plek genomen.

De bij de afsplitsing uitgesproken verwachting dat de verkoop van traditionele verlichting flink zou dalen, werd waarheid. Zo was in het jaar van de beursgang alle niet-ledverlichting nog goed voor een derde van de omzet. Inmiddels is dat percentage gedaald tot nog geen 10 procent. De omzet uit de conventionele verlichting is gekelderd van 2,3 miljard euro naar 627 miljoen euro. De verkopen uit ledverlichting zaten wel in de lift – onder meer door overnames – maar konden de neergang van de gloeilampen niet compenseren.

De ouderwetse gloei- en halogeenlampen zijn steeds minder belangrijk voor Signify

Bron: verslagen Signify. Groepsomzet in miljoenen euro’s. Omzet uit traditionele (niet-led) verlichting als percentage van de omzet.

Geen omzetdoelstelling meer
In het prospectus, een document met informatie over de beursgang van Signify, viel het woord “groei” maar liefst 262 keer. En enkele jaren geleden sprak het AMX-concern nog uit de omzet tussen 2021 en 2023 te willen laten groeien met nul tot vijf procent per jaar, zoals in dit persbericht van de Capital Markets Day eind 2020.

Maar bij de recente presentatie van de kwartaalcijfers werd in de outlook voor dit jaar met geen woord gerept over groei.

Tijdens de aandeelhoudersvergadering (ava) op dinsdag 14 mei wordt gestemd over de herbenoeming van topman Eric Rondolat. De Fransman staat al sinds 2012 aan het roer bij het bedrijf. Beleggers zullen ongetwijfeld van hem willen horen hoe reëel het is dat Signify de groeimodus kan terugvinden.

2: Is de vrije kasstroom voldoende om het dividend te blijven betalen?
De teruglopende omzet uit de traditionele verlichting is extra vervelend, omdat de verkoop van een gloeilamp veel meer oplevert dan van ledverlichting.

Zo rapporteerde het concern de laatste jaren een ebita-winst (aangepast voor eenmalige posten) van rond de 20 procent van de omzet bij de gloei- en halogeenlampen, terwijl dat percentage voor de hele groep rond de 10 procent blijft hangen.

Wel moet worden aangemerkt dat beleggers - zeker in het geval van Signify - de term “aangepaste winst” met een korrel zout moeten nemen. Dit cijfer is gecorrigeerd voor zogenaamd eenmalige posten, bijvoorbeeld in verband met reorganisaties. Maar bij Signify lijken de eenmalige kosten een structureel karakter te hebben. Zo kwamen deze kosten vorig jaar uit op 167 miljoen euro. En voor dit jaar wordt deze incidentele post weer op 150 miljoen euro geschat.

Veel van deze kosten gingen op aan ontslagvergoedingen en andere reorganisatiekosten. Het aantal voltijdsbanen (fte) daalde sinds eind 2020 van 39 duizend naar ongeveer 31 duizend. Signify snoeide in overtollig personeel, en er waren ook steeds minder krachten nodig in de productiefaciliteiten.

Alle kostenbesparingen hebben wel resultaat. Signify heeft de laatste jaren steevast het dividend kunnen verhogen door een meer dan toereikende vrije kasstroom (het geld dat binnenkomt uit de bedrijfsactiviteiten, na aftrek van autonome investeringen). Over het vorige boekjaar kwam de vrije kasstroom uit op 4,65 euro per aandeel en wordt voor 1,55 euro aan dividend uitgekeerd (ex-dividenddatum 16 mei, als de uitkering op de ava wordt goedgekeurd).

Hierbij helpt mee dat Signify’s investeringen relatief laag waren (ten opzichte van de afschrijvingen) en het bedrijf cash kon vrijspelen door efficiënter met het werkkapitaal om te gaan (bijvoorbeeld met lagere voorraden).

Voor de komende jaren lijkt het dividend niet in gevaar, zo blijkt althans uit de meest recente analistenconsensus. De marktvorsers verwachten de komende jaren een vrije kasstroom van zo’n 400 tot 500 miljoen euro per jaar. Dat komt neer op 3 á 4 euro per aandeel. Met een dergelijk bedrag heeft Signify voldoende middelen om het dividend stapsgewijs te blijven verhogen.

De vrije kasstroom is ruimschoots voldoende om het dividend te betalen

Bron: verslagen Signify. Vrije kasstroom per aandeel op basis van berekeningen VEB. *Het dividend over 2019 werd vanwege het uitbreken van de coronapandemie in 2021 uitbetaald.

3: Hoe renderen de bedrijven die Signify in de laatste acht jaar overnam?
Het is voor beleggers geruststellend om te zien dat Signify voldoende ruimte heeft om het dividend jaarlijks te verhogen. Maar de vraag is ook: wat doet het bedrijf met het deel van de winst dat niet wordt uitgekeerd?

Vanaf het boekjaar 2016 genereerde Signify ruim 4 miljard euro aan vrije kasstroom, waarvan het circa 1,5 miljard euro uitkeerde als dividend. Naast het dividend werd er in 2017 en 2018 nog wel voor ongeveer 500 miljoen euro aan eigen aandelen ingekocht. Er resteert dus een gat van rond de 2 miljard euro.

Het antwoord is te vinden in een trits internationale overnames (zie website Signify). De grootste acquisitie werd begin 2020 afgerond, toen het Amerikaanse Cooper Lighting Solutions werd ingelijfd voor 1,2 miljard euro. Cooper Lighting levert verlichting aan bijvoorbeeld bouwbedrijven en luchthavens. Volgens ceo Eric Rondolat zou de deal Signify’s marktpositie in de Verenigde Staten “aanzienlijk versterken”.

Een andere grote transactie vond plaats in 2022. In dat jaar werd het in Texas gevestigde Fluence overgenomen voor bijna een kwart miljard euro. Fluence produceert lampen die gebruikt worden in kassen, onder andere bij de (legale) cannabisteelt. Een zegsman van Signify noemde de agrarische sector bij de overname van Fluence een “groeiplatform” voor het bedrijf.

Naast deze grotere overnames kocht Signify verschillende kleine partijen, waaronder het Britse Telensa dat technologie voor straatverlichting ontwikkelt.

Oplopende schulden
Al met al lijkt de strategie van bedrijfsovernames nog niet succesvol. Vorig jaar rapporteerde Signify een lagere omzet dan acht jaar geleden. Ondertussen is de nettoschuld (schulden minus kaspositie) opgelopen van 341 miljoen euro tot meer dan 1 miljard euro.

Ook in relatieve termen is de schuld aanzienlijk gestegen. De nettoschuld bedroeg in 2016 nog maar de helft van de ebita-winst. Eind vorig jaar stond de ratio nettoschuld/ebita al op 1,6 keer. Signify genereert dus - in verhouding met de totale schuld - een significant kleinere winst dan net na de beursgang het geval was.

Door overnames is de nettoschuld flink toegenomen

Bron: verslagen Signify. Nettoschuld: schulden minus kaspositie. Aangepaste ebita: winst voor aftrek van rente, belastingen en afschrijven op immateriële activa (aangepast voor eenmalige posten). Nettoschuld en aangepaste ebita in miljoenen euro’s.

En de grotere schuldenberg vreet steeds meer aan de winst. Niet alleen vanwege hogere algehele renteniveaus, maar ook doordat Signify een steeds hogere (krediet)opslag moet betalen.

Zo werd eind 2023 een nieuwe lening afgesloten voor 400 miljoen euro, met een rentepercentage van EURIBOR plus een kredietopslag van 1,3 procentpunt. Bij eerdere (vergelijkbare) leningen bedroeg die opslag slechts 0,15 procentpunt.

Signify’s overnames zijn steeds prominenter terug te vinden op de balans. Inmiddels is de post met goodwill opgelopen naar 2,7 miljard euro, oftewel een derde van de totale balans. In 2016 stond er nog voor 1,9 miljard euro aan goodwill in de boeken.

De omvang van deze post is de accountant niet ontgaan. Sinds dit jaar is de waardering van de goodwill een kernpunt van de boekencontrole. Volgens het jaarverslag ziet de accountant van EY een “verhoogd” risico op afwaarderingen bij de overgenomen led-activiteiten, vanwege “de huidige zakelijke omgeving” (current business environment).

 

 




Gerelateerde artikelen