VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Maar weinig bedrijven hebben zichzelf ten doel gesteld te krimpen. Toch is dat de belangrijkste opdracht voor de topman van BAM. Minder omzet, kleinere projecten en meer geld overhouden met voorspelbare resultaten. Hoe vordert het grootste bouwbedrijf van Nederland met zijn plannen?

Toen bestuursvoorzitter Ruud Joosten in augustus 2020 middenin coronatijd begon aan zijn klus bij het slecht draaiende BAM, kreeg hij van zijn commissarissen de vrije hand. In de jaren daarvoor was het telkens een ander probleemproject geweest dat de prestaties van de hele onderneming onderuit trok.

Het renovatietraject van Joosten is nu twee jaar onderweg. Het bouwbedrijf ontmantelde de overzeese activiteiten die opereerden onder de naam BAM International (Dubai, Tanzania, Antarctica) en enkele bedrijfsonderdelen in Duitsland, Zwitserland en België zijn verkocht. Een strengere selectie van projecten was het devies. Opdrachten aannemen van meer dan 150 miljoen euro tegen een vaste prijs wilde BAM ook niet meer doen. Ook zei Joosten niet langer meer risico’s op de eigen boeken te willen nemen op het vlak van geotechniek, vergunningen en technologie.

Met nog een jaar te gaan voordat het strategisch plan afloopt, lijkt de nieuwe aanpak zich zo langzamerhand uit te betalen. De donderdag gepubliceerde jaarcijfers laten zien dat BAM een maatje kleiner is geworden, maar tegelijkertijd de winst heeft opgevoerd. Van de vijf financiële doelen die het bedrijf over een jaar wil hebben gehaald, zit BAM inmiddels voor drie daarvan aan de goede kant van de streep. Een beoordeling van de vorderingen afgezet tegen de bedrijfsdoelen.

1: Rendementsdoel al binnen

Te beginnen met een doelstelling die BAM ook al voor Joostens aantreden had, maar nooit haalde. Het rendement op het kapitaal (return on capital employed, roce) dat BAM gebruikt voor de bedrijfsvoering moest omhoog. Dat cijfer ligt door de combinatie van een hogere bedrijfswinst en een lager vermogensbeslag inmiddels op bijna 17 procent, ruim boven de eigen prestatielat van tien procent. 

BAM is een bedrijf dat relatief weinig middelen nodig heeft voor zijn dagelijkse activiteiten. Het ingezette kapitaal bestaat uit gebouwen, bouwmaterieel (machines, vrachtwagens), goodwill en cashgeld. Dat balanstotaal daalde het afgelopen jaar, vooral door de lagere kaspositie. Die slonk met ongeveer een derde tot ruim 840 miljoen euro. Dat kwam volgens financieel directeur Frans den Houter onder andere door het alsnog afdragen van btw en sociale lasten. Tijdens de coronapandemie kreeg BAM van de overheid uitstel voor die betalingen.

De vraag is natuurlijk of BAM het rendement het komende jaar ruim boven de tien procent weet te houden. Joosten wees er bij de jaarcijferpresentatie op dat de toevoerketen onder druk staat, kosten voor personeel en materieel nog altijd hoog zijn en het moeilijker is personeel aan te trekken en vast te houden. 

BAM ziet rendement (roce) boven de tien procent uitkomen

 

Bron: BAM jaarverslagen. De y-as geeft de roce weer (in procenten), het rendement op het geïnvesteerde kapitaal.

Werkkapitaal negatief
Voor het kapitaalsbeslag van een bouwbedrijf is de ontwikkeling van het werkkapitaal van groot belang.

Bij BAM bestaat dat werkkapitaal uit het saldo van nog te innen bedragen (debiteuren en onderhanden werk) en facturen die het zelf nog moet betalen (crediteuren). Het werkkapitaal als percentage van de omzet is nog altijd negatief - en dus gunstig - maar verslechterde wel iets ten opzichte van vorig jaar.

Dat kwam doordat BAM minder vooruitbetalingen ontving nu het niet langer grotere projecten tegen een vaste prijs wil aannemen. Een negatief werkkapitaal drukt het geïnvesteerde kapitaal. BAM heeft dan per saldo geen geld vastzitten in de projecten. Anders gezegd: BAM wordt gefinancierd door zijn klanten en heeft weinig cash nodig om te draaien. Het werkkapitaalbeslag moet volgend jaar op minimaal tien procent negatief uitkomen.

Ontwikkeling werkkapitaal iets minder gunstig, maar nog boven doelstelling

 

Bron: BAM jaarverslagen. De y-as geeft het werkkapitaal weer uitgedrukt als percentage van de omzet.

Bufferratio boven de 20 procent
BAM kampte jarenlang met een zwakke vermogenspositie. Door de verliezen van opeenvolgende jaren was de kapitaalratio, die het garantievermogen uitdrukt als percentage van het balanstotaal, zelfs gedaald tot circa 13 procent in 2020.

Dat verhoudingsgetal moest dringend worden teruggebracht naar een acceptabeler niveau. De bufferratio moet eind volgend jaar rond de 20 procent liggen. Als de eindstreep van het strategische plan eind 2022 was geweest, was het doel bereikt. De kapitaalratio verbeterde vooral door toevoeging van het nettoresultaat van 177 miljoen euro aan het eigen vermogen. Ook heeft BAM verschillende hedgecontracten afgesloten die dit jaar hielpen om de buffer wat te verhogen.

Een bufferratio van 20 procent is van oudsher zo ongeveer de ondergrens in de bouwsector. Als die lager uitkomt, zijn klanten vanwege de kwetsbare financiële positie minder geneigd opdrachten aan het bedrijf te gunnen, uit vrees dat projecten mogelijk niet kunnen worden afgemaakt.

Bufferratio voor het eerst in jaren boven 20 procent

 

Bron: BAM jaarverslagen. De y-as geeft de kapitaalratio weer, oftewel het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal.

Omzet moet nog verder krimpen
Er zijn weinig topmannen die er mee weg zouden komen. Toch is het voor Joosten prioriteit om de omzet te laten krimpen, van meer dan 7 miljard euro in 2019 tot 5,5 miljard euro eind volgend jaar. Gek genoeg lijkt dit juist een lastige opgave te zijn.

Vorig jaar bedroeg de omzet 6,6 miljard euro. Als de opbrengsten uit niet-kernlanden Duitsland en België - waar al onderdelen zijn verkocht en een verdere afslanking niet uitgesloten is - buiten beschouwing worden gelaten, kwam de omzet nog altijd uit op 6 miljard euro.

BAM zal in 2023 minder projecten moeten aannemen om het eigen krimpdoel te halen. Vorig jaar lukte dit in ieder geval niet. De omzet uit de drie thuislanden Nederland, het Verenigd Koninkrijk en Ierland steeg zelfs iets tot ongeveer 6 miljard euro.

Beoogde omzetkrimp lijkt nog het meest uitdagend

 

Bron: BAM jaarverslagen. Bedragen in miljoenen euro’s.

Winstgevendheid moet nog omhoog
En hoe zit het dan met de winstgevendheid? Ook daar boekte het bedrijf vooruitgang.

Op het eerste gezicht lijkt BAM ook de aangepaste ebitda-horde van 5 procent te hebben gehaald. Die kwam uit op van 5,3 procent. Maar in die winst zat wel een eenmalige bate verstopt van 52 miljoen euro in verband met de verkoop van het Duitse onderdeel Wayss & Freytag.

Als die transactie buiten beschouwing wordt gelaten, kwam de winstmarge uit op 4,5 procent. De verbetering komt voor rekening van de Nederlandse tak waar het bedrijfsresultaat (ebitda) steeg van 140 miljoen euro naar 170 miljoen euro, op een omzet die nagenoeg gelijk bleef op 2,9 miljard euro.

De marge klom van 4,9 naar 5,9 procent. Vooral het onderdeel dat zich bezighoudt met het bouwen van bruggen, viaducten en tunnels (civiel) gaf het resultaat een duwtje. Het kleine verlies van vorig jaar werd omgebogen naar een winst van circa 70 miljoen euro.

In het Verenigd Koninkrijk ging het een stuk minder voorspoedig. Hier daalde het bedrijfsresultaat met tien procent terwijl de omzet wel steeg (tot 3,1 miljard euro). Het bedrijf worstelde met haperingen in de toeleveringsketen bij enkele grotere contracten.

Al met al lijkt het margedoel van 5 procent voor 2023 geen inkoppertje. Het is vooral de vraag of de marge in Nederland verder kan stijgen tegen de achtergrond van de stikstofdiscussie, hogere kosten en de kwakkelende huizenmarkt.

Winstgevendheid kruipt richting doelstelling van vijf procent

 

Bron: BAM jaarverslagen. De y-as geeft het bedrijfsresultaat (ebitda) weer als percentage van de omzet.  

Dividend is terug
Het is weliswaar geen expliciet target, maar de betere resultaten geven BAM ook weer wat ruimte het dividend te hervatten. De afgelopen drie jaren keerde het bedrijf geen dividend uit.

Beleggers kunnen in april een winstuitkering tegemoet zien van 15 eurocent per aandeel. Dat komt overeen met een uitkeringspercentage van de winst van 15 procent. Op de opgelopen beurskoers van ongeveer 2,80 euro betekent dat een dividendrendement van ruim 5 procent.

Met het afgelopen jaar als ruggensteun is het nu zaak de stijgende lijn vast te houden. Bij projectbedrijven als BAM draait alles om de kwaliteit van de tenderprocedure (inclusief gedegen calculaties), goed projectmanagement en een vlekkeloze executie. Deze randvoorwaarden moeten zorgen voor voorspelbare financiële resultaten. Een foutmarge is er nauwelijks.

 

 

 

 

 


VEB-lidmaatschap
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen. Indien u lid bent, maar nog geen account heeft kunt u ook klikken op ‘inloggen’ en daarna een account aanmaken.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap