Veel beleggers zijn op zoek naar die ene gouden tip om succesvol te beleggen. In plaats van die zoektocht is het ook mogelijk om een portefeuille beter in te richten en bepaald gedrag te vermijden. Veel beleggers blijken namelijk suboptimaal te beleggen. Drie manieren om dat aan te pakken.
Vorig jaar is het aantal beleggende huishoudens gegroeid met 12 procent, naar 1,9 miljoen. Om te beoordelen of de regelgeving en bescherming van beleggers nog actueel zijn, heeft de Autoriteit Financiële Markten (AFM) een onderzoek uitgevoerd onder een groep doe-het-zelfbeleggers.
Met dit type dienstverlening (ook wel execution-only genoemd) is de klant zelf verantwoordelijk om een portefeuille samen te stellen en transacties uit te voeren. Voordeel is dat een belegger eenvoudig een rekening kan openen en met een klein bedrag kan beginnen. Bovendien zijn de kosten over het algemeen laag.
Vooral jongere beleggers (onder de 35 jaar) blijken vaak voor dit type dienstverlening te kiezen. Zelf beleggen is ook een prima manier om vermogen op te bouwen, maar uit het onderzoek blijkt dat er ook valkuilen zijn.
Het suboptimale gedrag van beleggers
De AFM heeft speciale aandacht voor ‘suboptimaal’ gedrag van de zelfbeleggers. Dit gaat om niet-rationeel gedrag dat de rendement-risicoverhouding van de portefeuille verslechtert, ofwel doordat het risico toeneemt, ofwel doordat het rendement afneemt.
In ieder geval 32 procent van de beleggers vertoont volgens de AFM op één of meerdere manieren suboptimaal gedrag. Welk gedrag is dit, en hoe is dit te voorkomen? De VEB zet het op een rij en geeft handvatten om verstandiger te beleggen.
1. Veel handelen
Veel handelen kost rendement. Naast de provisies van de broker is er de spread, het verschil tussen de prijs waarvoor een effect op een bepaald moment gekocht (laatprijs) en verkocht kan worden (biedprijs). Het verschil pakt altijd negatief uit voor de belegger. Ook blijkt dat perfecte timing van de markt onmogelijk is. Daardoor is er de kans dat je op het verkeerde moment in- en uitstapt.
Volgens de maatstaven die de AFM hanteert, handelt 3,4% van de onderzochte beleggers veel.
Een verstandige belegger houdt de blik op de lange termijn en doet niet te veel transacties. Het kan helpen om niet meerdere keren per dag de portefeuille te checken. Een ‘buy and hold’-strategie gericht op de lange termijn is aan te raden, maar voor wie steeds weer naar de koersen kijkt kan het heel lastig zijn om stil te blijven zitten.
Toch kijkt 41 procent van de deelnemers aan het onderzoek iedere dag op de rekening, en nog eens 30 procent wekelijks. Dat is dus niet nodig.
Wel is het verstandig om aankoopmomenten over de tijd te spreiden, door bijvoorbeeld periodiek een bedrag te storten. Daarmee is de kans kleiner dat je precies op een hoogtepunt van de markt instapt.
2. Te weinig spreiding
Een gevaar dat bij meer beleggers op de loer ligt, is onvoldoende spreiding. Voor een goed gediversifieerde portefeuille is zowel spreiden over instrumenten, sectoren als regio’s belangrijk. Dit hoort tot de basisprincipes van het beleggen.
Volgens de AFM is een portefeuille van 10 aandelen of minder te beperkt gespreid. In ieder geval 15,3 procent van de beleggers in het onderzoek vertoont dit suboptimale gedrag.
Bovendien komt een gebrekkige spreiding over regio’s vaak voor. De zogeheten home bias zorgt vaak dat particulieren een overmatig groot deel van het vermogen op hun thuismarkt beleggen, terwijl de Nederlandse beurs maar een klein deel uitmaakt van de gehele wereldwijde marktkapitalisatie. Daarnaast zijn bepaalde sectoren niet of beperkt vertegenwoordigd binnen bijvoorbeeld de AEX-index.
Zeker 13,7 procent van de deelnemers aan het onderzoek heeft volgens de AFM te veel geld belegd in Nederlandse bedrijven (meer dan de helft van de portefeuillewaarde). Zij zouden beter meer kunnen spreiden.
Wat is genoeg spreiding, en hoe bereik je die?
De VEB heeft enkele stappen op een rij gezet om zelf een portefeuille op te bouwen. Een nieuw hulpmiddel om een portefeuille samen te stellen met etf’s, is onze portefeuilletool. Deze bevat een selectie voorbeeldportefeuilles, samengesteld met een groot aantal populaire en in Nederland verkrijgbare etf’s.
De voorbeelden bestaan altijd uit zeven fondsen, gespreid naar aandelen, obligaties en vastgoed. In de portefeuilletool worden deze getoond in een grafiek, op basis van twee kenmerken: het rendement en de volatiliteit over de afgelopen drie jaar. Meestal gaat een hoger rendement samen met meer volatiliteit.
Afhankelijk van de risicobereidheid en voorkeuren voor een regio en beleggingscategorieën krijgt de belegger een selectie van de portefeuilles te zien. Om een goede keuze te maken, zijn ook de karakteristieken van de etf’s belangrijk, zoals de kostenratio en welke onderliggende beleggingen in het fonds zitten. Deze zijn ook te raadplegen door op de voorbeeldportefeuilles te klikken.
Resultaten uit het verleden bieden natuurlijk geen garanties voor de toekomst, maar de mandjes kunnen wel als startpunt dienen om verschillende etf’s te ontdekken en daarmee een goede portefeuille samen te stellen. VEB-leden kunnen op basis van de resultaten ook vragen stellen of extra informatie inwinnen bij de VEB. Zij kunnen daarvoor contact opnemen met de Beleggersservice.
3. Risicovolle producten
Een derde vorm van suboptimaal gedrag is volgens de AFM het overmatig investeren in risicovolle producten. Daaronder vallen crypto’s en Contracts for Difference (CFD’s), producten waar de toezichthouder ook meermaals voor heeft gewaarschuwd.
Onder de deelnemers aan het onderzoek heeft 11,7 procent te veel belegd in de genoemde categorieën. De AFM hanteert daar de grens van 10 procent van de portefeuille die maximaal in dit soort producten zou moeten zitten.
Het is inderdaad goed om op te passen met deze beleggingsinstrumenten. Bij de handel in CFD’s blijkt dat tussen de 74% en 89% van de particuliere beleggers geld verliest. De VEB vindt dan ook dat CFD's niet geschikt zijn voor beleggers.
Crypto’s kwalificeert de AFM als risicovol, omdat ‘de wisselkoers erg volatiel is, er geen centrale uitgever is die aansprakelijk gesteld kan worden als er iets misgaat en er geen depositogarantiestelsel of ander vangnet van toepassing is’.
De VEB ziet crypto’s niet als een goede belegging. VEB-directeur Gerben Everts noemde maandag in het tv-programma Radar veel cryptovaluta gebakken lucht en waarschuwde daar voor misleidende reclames. Heeft u zelf problemen gehad met een cryptobelegging, dan kunt u dit melden bij ons crypto-meldpunt.