In Effect 9, die later deze maand verschijnt, een interview met Corbion-topman Olivier Rigaud. Hij spreekt over de grote groeikansen voor zijn bedrijf, dat zich onder meer bezighoudt met de productie van afbreekbare plastics en diervoeding op basis van algen.
Corbion zet onder de in 2019 aangetreden topman Olivier Rigaud sterker in op nieuwe kansen. Daarmee vaart het bedrijf een andere koers dan onder zijn voorganger Tjerk de Ruiter. Die richtte zich in de beginjaren van Corbion met name op de winstgevendheid van de bestaande activiteiten, de ingrediënten voor onder meer brood en vlees.
Niet ten onrechte, want die traditionele activiteiten zijn ook nu nog goed voor het grootste deel van de omzet en winst van Corbion. De melkzuuractiviteiten waren in 2020 goed voor 27 procent van de inkomsten, de duurzame oplossingen voor voeding voor 55 procent. De rest kwam uit onderdelen die Corbion als niet-kernactiviteit ziet en een aantal groeigebieden.
Melkzuur kan dienen als de basis voor het bioplastic PLA. Dit is een markt waar Corbion al lang hoge verwachtingen van heeft, maar die tot voor kort niet echt werden ingelost. Inmiddels heeft de joint venture Total Corbion PLA de wind in de zeilen en zet Corbion onder Rigaud vol in op verdere groei hiervan. Het bouwt een nieuwe melkzuurfabriek in Thailand en gaat met partner TotalEnergies een PLA-fabriek neerzetten in Frankrijk.
In een interview met Effect legt de topman uit hoe hij de kansen van het bedrijf ziet en hoe het de investeringen gaat aanpakken.
Kunt u nog even op een rij zetten wat Corbion nu doet?
“Ons bedrijf rust op drie poten. De eerste bestaat uit de duurzame oplossingen voor voeding. De kern daarin is natuurlijke houdbaarheid van voedsel en het verminderen van voedselverspilling. De tweede poot bestaat uit onze melkzuuractiviteiten. Een belangrijk groeigebied daarin is PLA, een bioplastic, maar er zijn ook andere toepassingen zoals in de orthopedie. Als je een been breekt en botschroeven nodig hebt, dan hebben wij nu een bioplastic materiaal dat vanzelf oplost in het lichaam. Dat is een mooie activiteit met hoge marges. Tenslotte hebben we de algenactiviteiten die we in 2017 hebben gekocht en waarvan we verwachten dat ze volgend jaar voor het eerst break-even draaien.”
Het bioplastic is al lang een grote belofte. Heeft die ontwikkeling nu echt kritische massa gekregen?
“Het is inderdaad heel lang een belofte geweest. Het heeft tien jaar geduurd, maar het begint nu eindelijk echt snel te groeien. Als je een nieuw product hebt dan duurt het vaak een tijd voor het van de grond komt. Je bent gewoon heel vroeg en er is nog geen bewustzijn bij consumenten. Inmiddels is er over de hele wereld zo veel bewustzijn van plasticvervuiling en klimaatverandering dat de consument vraagt om biologisch afbreekbare verpakkingen.”
Hoe groot is het potentieel om te groeien?
“Dat is gigantisch. In het verleden was er maar één speler, NatureWorks. Zij hebben een fabriek met een jaarlijkse productiecapaciteit van circa 150.000 ton terwijl wij een fabriek van 75.000 ton hebben. Die is ongeveer voor twee derde in gebruik en dat neemt snel verder toe. Corbion en NatureWorks hebben nu allebei de beslissing genomen om te investeren in nieuwe capaciteit. Deze nieuwe fabrieken starten in 2024 met produceren. Tegelijk is de hele wereldmarkt voor fossiele plasticpolymeren 450 miljoen ton. De wereldwijde productiecapaciteit voor PLA is 250.000 tot 300.000 ton. Dat is nu dus nog een druppel in de oceaan.”
Het volledige interview leest u in Effect 9, die later deze maand verschijnt.
Effect, het magazine van de VEB, staat bol van beleggingsnieuws en analyses. Heeft u nog geen abonnement op Effect? Word voor slechts 75 euro per jaar lid van de VEB, dan ontvangt u Effect 11 keer per jaar.