Automatiseerder ICT bouwde in de laatste jaren zonder al te veel pretenties aan softwareproposities die het bedrijf minder afhankelijk maken van detachering. Die lucratieve draai komt onvoldoende terug in het voorgenomen bod van 14,50 euro per aandeel. Drie redenen waarom het bod aan de magere kant is.
Durfinvesteerder NPM Capital en beleggingsfonds Teslin hebben begin maart hun oog laten vallen op het betrekkelijke anonieme, op de lokale markt verhandelde, softwarebedrijf ICT.
Het concern staat toch vooral bekend als een detacheerder van IT’ers. Een wat ouderwetse, weinig schaalbare en recessie-gevoelige tak van sport.
Maar verscholen in het door ICT gepresenteerde cijfermateriaal zitten potentiële groeibriljantjes die kunnen profiteren van de groene energietransitie en digitalisering.
Een inkijkje in het potentieel van ICT als de transformatie over enkele jaren in alle luwte na de mogelijke beursexit is voltooid.
1. Groeibriljanten in post ‘overig’
Een geheim is het niet. In het persbericht van de overname laat ceo Blejie weten dat ICT is getransformeerd tot een ‘aanbieder van industriële technologische oplossingen met een veerkrachtig bedrijfsmodel’.
In ICT’s nieuwe strategie wordt de nadruk gelegd op diensten met een hoge toegevoegde waarde, waarbij speciaal wordt gewezen op zelfontwikkelde software. Daarmee wordt bijvoorbeeld gedoeld op de in 2018 samengevoegde zogenaamde software-as-a-service-activiteiten (SAAS) van de divisie OrangeNXT.
In het jaarverslag van 2018 liet ICT weten dat de weg naar een meer ‘robuust’ verdienmodel en hogere ‘terugkerende inkomsten’ hobbelig zal zijn, vanwege flinke aanloopverliezen. Ook zouden dit soort modellen ‘relatief meer investeringen vergen in de ontwikkeling van software dan traditionele verdienmodellen’.
Het feit dat dit soort activiteiten nog in de beginfase zit, zal een belangrijke reden zijn dat de zelfgebouwde software-oplossingen tot nu toe in het bedrijfssegment ‘overig’ zijn ondergebracht, tezamen met ‘enkele kleine entiteiten’, de holdingkosten en bijvoorbeeld de vorig jaar stopgezette Belgische detacheringsactiviteiten.
In de laatste drie jaar boekte het segment ‘overig’ bij elkaar tien miljoen euro ebitda-verlies, waarbij in het jaarverslag 2019 onder meer de aanloopverliezen van MobileNXT als verklaring wordt gegeven.
Bij de meest recente jaarcijfers viel echter te lezen dat ‘de start-up-verliezen zijn omgebogen in winst’ voor de belangrijkste twee eigen ontwikkelde softwaresystemen. Behalve OrangeNXT ook Motar, een gebruiksvriendelijk programmeerplatform waar ingenieurs van ASML gebruik van maken.
Ook blijkt dat na een ruime verdubbeling in 2019, de omzet van de SAAS-tak vorig jaar met ruim 20 procent was gestegen tot 4,7 miljoen euro. De terugval in groei lijkt tijdelijk en het gevolg van de pandemie, waardoor de acquisitie van klanten werd bemoeilijkt.
Kort gezegd heeft OrangeNXT standaardsoftware geschreven – ICT spreekt zelf over ‘kant en klare bouwstenen’ – die ingezet wordt om ‘ultrasnel’ maatwerkoplossingen te bieden aan klanten als HelloFresh, Bavaria en bouwer Bam om bedrijfsprocessen te digitaliseren.
Maaltijdbezorger HelloFresh gebruikt de software bijvoorbeeld om efficiënt (gekoelde) maaltijdboxen te bezorgen.
Apart
ICT kondigde bij de jaarcijfers begin maart aan een apart segment te creëren waarin alle zelfontwikkelde oplossingen met terugkerende omzetten worden ondergebracht. Ook het onlangs overgenomen Yellowstar, dat onder meer met clouddiensten bedrijven real time inzicht geeft in bevoorradingsketens, wordt hier ondergebracht (circa 8 miljoen euro omzet).
ICT hoopt dat de bundeling van de activiteiten tot ‘meer focus en aandacht’ zal leiden.
Naar verwachting zal de overname, als voldoende beleggers hun stukken aanmelden, in het derde kwartaal worden afgerond. Beleggers zullen mogelijk bij de halfjaarcijferpresentatie, normaliter in augustus, een inkijkje krijgen in hoe lucratief de nieuwe tak zal zijn. Maar alle toekomstige winsten zullen niet meer naar deze beleggers vloeien, maar naar de nieuwe eigenaren NPM Capital en Teslin.
Doordat het OrangeNXT-platform met ‘dezelfde bouwstenen’ en in de cloud werkt, kunnen nieuwe klanten betrekkelijk eenvoudig worden bediend. Die schaalbaarheid is er niet bij projecten en detachering waar oplossingen plat gezegd vanaf de grond worden opgebouwd.
Een prettige financiële bijkomstigheid hiervan is dat als ICT’s cloudtak voldoende schaal krijgt – dat wil zeggen groeit van de huidige 4,7 miljoen euro omzet tot circa 10 miljoen euro – de operationele marges al snel twee keer zo hoog kunnen liggen als het groepsgemiddelde (nu circa 12 procent, ebitda).
Ook zorgt SAAS voor een stabiele inkomstenstroom omdat de software onderdeel wordt van bedrijfsprocessen van klanten en een periodieke fee in rekening wordt gebracht.
Het project en detacheringswerk kent een grilliger karakter. In de zomer van 2019 zette bijvoorbeeld een nimmer bij naam genoemde autobouwer, waarschijnlijk Volkswagen, vrij abrupt alle ingehuurde IT’ers op straat, waardoor ICT er pak hem beet honderd bankzitters bij kreeg.
2. Verstopte laadpaalkampioen
ICT heeft sinds 2015 ook een belang van circa 15 procent in Greenflux. Dat concern schrijft bijvoorbeeld software die de afname van elektriciteit van laadpalen afstemt op stroomprijzen en de belasting van het netwerk. Ook verkoopt het software voor de betalingsafhandeling na gebruik van de laadpaal.
Klanten van het concern - dat het ecosysteem van 28.000 laadstations in 21 landen beheert - zijn Total, Engie en Eneco, zo is te lezen op de website van het bedrijf.
Het jaarverslag van ICT is - overigens in lijn met andere beursfondsen - weinig scheutig met informatie over minderheidsbelangen. De investering in GreenFlux uit 2015 staat kort gezegd tegen kostprijs voor een bedrag van 1,1 miljoen euro in ICT’s boeken.
Dat lijkt een bescheiden waardering voor een concern dat in de bovenste helft staat op de lijst van Europa’s duizend snelst groeiende ondernemingen van de Financial Times, zo bleek uit de editie van afgelopen weekend.
Greenflux’s verkopen groeiden in de laatste jaren met bijna 80 procent per jaar tot 10,6 miljoen euro in 2019, zo blijkt uit door Greenflux verstrekte data aan de zakenkrant. De financiële resultaten in 2020 zijn onbekend, maar als de groeitrend intact is gebleven, zal de omzet snel circa 18 miljoen bedragen.
Door de gebrekkige informatieverschaffing is het lastig een prijs te plakken op GreenFlux. Maar er is niet heel veel fantasie voor nodig om naar de waardering op de beurs te kijken van bijvoorbeeld laadpaalbedrijven als Alfen en Fastned. Die twee hebben een beurswaarde van respectievelijk 8 en 180 keer de omzet.
Mocht Greenflux’s waardering vergelijkbaar zijn met die van dit duo. Dan is ICT’s belang in GreenFlux al snel tientallen miljoenen euro’s waard.
3. Internationale groeiversnelling
Ook houdt het bod onvoldoende rekening met ICT’s internationale groeipotentieel. Het bedrijf heeft bijvoorbeeld door verscheidene overnames steeds meer spierballen gekregen in landen als Duitsland en Zweden. Topman Jos Blejie denkt hier hard te kunnen groeien, al dan niet via overnames.
Ook heeft ICT goede kaarten om in te spelen op de trend dat bedrijven steeds meer diensten uitbesteden aan landen die minder ver weg liggen. in het jargon: onshoring – uitbesteding bijvoorbeeld aan Bulgaarse IT’ers - in plaats van outsourcing in Bangalore, India.
Zo voert Strypes, ICT’s Bulgaarse dochteronderneming, vanuit Sofia en de universiteitsstad Plovdiv allerlei IT-projecten uit voor Nederlandse bedrijven. Tot enige tijd geleden was het snelgroeiende ASML de enige klant. Strypes schrijft bijvoorbeeld vanuit Bulgarije software voor het optimaliseren van de wat oudere generatie chipmachines. Maar Strypes weet steeds meer andere klanten aan zich te binden.
De Bulgaarse divisie zag het bedrijfsresultaat en de verkopen vorig jaar met respectievelijk 47 en 59 procent stijgen tot 4,3 miljoen euro en 18,4 miljoen euro. Toegegeven, het hielp mee dat ICT eind 2019 twee overnames deed, maar op eigen kracht groeide de omzet ook met circa 13 procent.
Door de lagere loonkosten en belastingen liggen marges in Bulgarije met 23,4 procent bijna twee keer zo hoog als het groepsgemiddelde (ebitda). Topman Blejie verwacht dat de sterke vraag naar onshoring blijft aanhouden in 2021. In januari opende Strypes een nieuw kantoor dat ‘zal bijdragen aan de organische groei-ambities’.
-De VEB schreef eerder dat het bod van investeringsmaatschappij NPM en beleggingsfonds Teslin op ICT vrij mager is omdat ICT veel meer cash genereert dan aan winst wordt gerapporteerd.
-De overnemers zullen na een beursexit profiteren van een verdere klim van de kasstroom door margeverbetering en organische groei. Maar dat niet alleen. Door ook met aanzienlijk meer schuld te werken kan het rendement op de eigen investering worden opgestuwd.
-NPM en Teslin geven aan tussen de 50 en 60 miljoen euro bij de bank te willen lenen om zowel de bestaande kredietfaciliteit te vervangen als een deel van de overnamesom van circa 140 miljoen euro te betalen, zo blijkt uit het persbericht.
-Het betekent dat ICT na de transactie (maximaal) een schuldhefboom van rond de drie zal krijgen - 60 miljoen euro schuld gedeeld door het bedrijfsresultaat van 19,2 miljoen euro van vorig jaar. De automatiseerder is nu vrijwel schuldenvrij en heeft al jaren een degelijke balans.
-Door de overname gedeeltelijk met bankleningen te financieren, hoeft Teslin de opbrengst van zijn bestaande aandelenbelang niet volledig te herinvesteren om het belang na de beursexit in de automatiseerder intact te houden. Teslin kan dus aandelen cashen zonder te hoeven verwateren.
-Teslin bezit nu circa 19 procent van de aandelen van ICT en dat zal na de beursexit circa 17 procent zijn, zo is te lezen in het persbericht.