VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Geen trend is zo dominant gebleken als beleggen in Robotics. Sterke bedrijven binnen dit thema selecteren, is bepaald geen werk voor de automatische piloot. Dat blijkt uit een vergelijking van de belangrijkste indexfondsen op dit gebied.

Machines die het harde labeur van mensen vervangen is geen noviteit. Maar de snelheid waarmee industriële robots steeds meer en meer verfijnd werk voor hun rekening nemen is niet eerder zo groot geweest als nu.

Beleggers hebben dat goed begrepen. De afgelopen jaren was Robotics goed voor een miljardeninstroom aan nieuw fondsvermogen. De rendementen stelden niet teleur. Over een periode van vier jaar behaalde het thema een rendement van gemiddeld 15 procent per jaar.

Ook de verwachtingen voor de komende jaren zijn positief. Voor 2021 voorspelt de koepelorganisatie van robotmakers, de International Federation of Robotics (IFR), een toename van 13 procent in de wereldwijde robotverkopen.

Beleggers die van deze groei willen meeprofiteren, kunnen met indexfondsen eenvoudig een positie opbouwen. Een zorgvuldige keuze maken is daarbij essentieel; fondsen zijn namelijk sterk verschillend in de bedrijven die ze kopen.

Een vergelijking.

ishares Automation & Robotics (index: STOXX Global Automation & Robotics NR USD)
Blackrock is de grootste speler op het gebied van passieve beleggingen in Robotics. Vier jaar geleden lanceerde de vermogensbeheerder een robot-fonds dat gegroeid is tot ruim 3 miljard dollar vandaag.

De focus ligt daarbij vooral op beursgenoteerde bedrijven met een behoorlijke marktkapitalisatie. Geografisch richt het fonds zich vooral op de Verenigde Staten (50%), waarbij veel ruimte is voor de bekende S&P 500-bedrijven zoals: Snap, Apple en NVIDEA.

Daarnaast kijkt het fonds naar Japan (22%), waar met name beleggingsgeld gestoken wordt in bedrijven die zich bezighouden met de productie van robotarmen voor de auto-industrie. Denk daarbij aan bedrijven als  Fanuc, Omron, Daifuku en Nedec.

De combinatie van Amerikaanse technologiebedrijven en Japanse bouwers van robotarmen betaalt zich uit. Sinds oprichting behaalt het fonds een rendement van gemiddeld 14 procent per jaar. De fondskosten zijn daarbij relatief laag met 40 basispunten per jaar.

Global X Robotics & Artificial Intelligence (index: Indxx Global Robotics & AI Thematic Index)
Het fonds van Global X volgt een andere index dan Blackrock waardoor het meer investeert in Japan (45%) en Europa (20%) en minder in de VS (35%). Binnen Japan belegt Global X in dezelfde bedrijvengroep als Blackrock, maar dan wel met hogere gewichten per bedrijf.

Voor Europa gaat het daadwerkelijk om nieuwe bedrijven, zoals het Zwitserse ABB (eveneens actief in robotarmen) en het Britse Renishaw dat medische instrumenten ontwikkelt.

Ondanks de verschillen in allocatie, behaalt het Global X fonds over dezelfde periode ook een rendement van 14 procent per jaar. Alleen liggen de fondskosten hier met 68 basispunten aanzienlijk hoger. Dit prijsverschil kan voortkomen uit de hogere allocatie naar Japan, waar de handelstarieven hoger liggen dan bij Amerikaanse bedrijven.

De belegger moet afwegen of een groter belang in Japan de extra fondskosten waard is.

L&G Robo Global Robotics & Automation (index: ROBO Global Robotics & Automation TR USD)
L&G baseert zich op een index die een evenwicht zoekt tussen small, mid- en large-cap robotbedrijven.

Deze aanpak levert een andere set aan bedrijven op, waaronder: Brooks Automation (halfgeleiders), Harmonic Drive Systems (bewegingstechnologie), Zebra Technologies (printoplossingen), Blue Prism (digitalisering binnen de zakelijke dienstverlening).

Het rendement over de afgelopen 5 jaar komt uit komt uit op 18 procent per jaar gemiddeld. De volatiliteit is daarbij geringer dan bij de vorige fondsen, hetgeen voortkomt uit de bredere sectorspreiding. De fondskosten bedragen 80 basispunten per jaar en dat is relatief hoog.

Lyxor Robotics & Artificial Intelligence (index: Solactive Rise of the Robots NTR Index – USD)
Aanbieder Lyxor belegt niet in individuele bedrijven maar koopt een derivaat, dat recht geeft op dezelfde rendementen als de te volgen index.

Economisch gezien hebben beleggers hiermee nog steeds blootstelling op bedrijven die onderdeel zijn van de index. Wel lopen ze meer risico bij een eventueel faillissement van de derivaatverstrekker.

Via deze constructie hebben beleggers (indirect) blootstelling op bedrijven uit de VS (67%), China (6%) en Japan (4%). Typische bedrijven in de VS zijn: Align Technology (maker van 3D scanners), Facebook en Cadence (softwaremaker).

In China gaat het om NIO (autofabrikant), WEIBO (soort Twitter) en in Japan om Advantest (halfgeleiders) en Cyberdyne dat exoskeletten maakt voor gehandicapten. Hierbij maakt het laatste bedrijf een knipoog naar de legendarische Terminator-filmreeks, waarin ook een robotmaker voorkomt met dezelfde naamgeving.

Het Lyxor fonds bestaat nog maar twee jaar en dat maakt het nog wat vroeg om conclusies te trekken over het rendement. De fondskosten komen uit op 40 basispunten per jaar, net als het indexfonds van Blackrock.

Analyse loont de moeite
Het is wel duidelijk dat fondsaanbieders heel verschillend beleggen. Voor beleggers is het daarom van groot belang om zorgvuldig na te gaan of de onderliggende bedrijven waarin belegd wordt, passen bij het eigen risicoprofiel.

Het is ook goed om te bedenken dat trends vaak tot uitwaaierende resultaten kunnen leiden: ver omhoog en diep naar beneden. Zeker voor deze trend, waarbij de koersen van veelbelovende bedrijven de afgelopen jaren fors zijn gestegen, is er al veel goed nieuws en toekomstverwachtingen ingeprijsd. Instappen op dit hogere niveau brengt dus aanzienlijke risico’s met zich mee.

Meer over trendbeleggen met ETF’s in Effect 12, die begin december verschijnt.

Effect, het magazine van de VEB, staat bol van beleggingsnieuws en analyses. Heeft u nog geen abonnement op Effect? Word voor slechts 75 euro per jaar lid van de VEB, dan ontvangt u Effect iedere maand.