Het zakken van de olieprijs onder de nul dollar per vat was vorige maand een van vele bizarre gevolgen van de coronacrisis. De verhouding tussen vraag en aanbod is de laatste tijd verschoven en de markt lijkt voorzichtig uit het dal te kruipen. Toch houdt de Amerikaanse toezichthouder CFTC er rekening mee dat kopers van olie weer geld toe zullen krijgen.
De prijs voor een vat ruwe olie voor levering in mei kostte op 20 april op een zeker moment -37,63 dollar. Oftewel, de koper van het futurecontract die bereid was de olie daadwerkelijk af te nemen kreeg er bijna 38 dollar per vat bij.
Dit was een gevolg van een enorm productieoverschot en het volraken van opslagcapaciteit. Sommige handelaren die wel beschikking hadden over opslag, zouden hier grif van hebben geprofiteerd. Zo zou het Britse BB Energy 250.000 vaten hebben gekocht op die dag.
We zijn inmiddels bijna een maand verder en dinsdag lopen contracten voor levering in juni af. Dat leidt tot speculatie dat de olieprijs opnieuw onder de nul zal zakken. De CFTC, de toezichthouder op de Amerikaanse grondstoffenmarkt, liet deze week aan marktpartijen weten dat ze daarmee rekening moeten houden.
Vraag en aanbod olie verschoven
De situatie in vraag en aanbod is echter wel veranderd ten opzichte van vorige maand. Het internationaal energieagentschap IEA wijst in het laatste maandrapport op een aantal belangrijke ontwikkelingen. Zo is het aanbod van olie de afgelopen tijd scherp gedaald.
De IEA schat dat het aanbod in mei 12 miljoen vaten per dag lager ligt dan in april. Dat is voor een belangrijk deel te danken aan een daling in de niet-OPEC landen, vooral de Verenigde Staten en Canada.
De verwachting is daarnaast dat de productie in de VS verder zal dalen en dat ook Saudi-Arabië de productie nog extra zal terugbrengen. Met 88 miljoen vaten per dag is de productie de laagste in negen jaar tijd.
Herstel van mobiliteit
Daarnaast is de IEA iets positiever over de vraag naar olie. De organisatie constateert dat het aantal mensen dat onder enige vorm van ‘lockdown’ leeft eind deze maand zal zijn gedaald naar 2,8 miljard. Hoewel er nog steeds veel minder in auto’s wordt gereden dan normaal, is er sprake van herstel van de mobiliteit.
In de VS lag de verkoop van brandstoffen vorige week zo’n 23 procent lager dan vorig jaar. Het dieptepunt (-29 procent), ligt echter al weer een paar weken achter ons en werd bereikt in de week waarin de olieprijs in de min dook.
Voor het tweede kwartaal verwacht de organisatie nu dat de vraag per dag 19,9 miljoen vaten minder zal zijn dan vorig jaar. Dat is echter wel 3,2 miljoen vaten per dag meer dan in de vorige raming.
Daarnaast zijn er ook tekenen dat de druk op de opslagcapaciteit afneemt. De Amerikaanse Energy Information Administration meldde deze week ook dat de voorraden in de VS voor het eerst in zestien weken waren gedaald.
Dat betekent niet dat de markt niet opnieuw in een kramp kan schieten dinsdag. De bredere trend in de oliemarkt is echter dat die bezig is aan herstel.