Eind januari, het jaarcijferseizoen is weer begonnen. Beleggers worden de komende maanden door de bedrijven waar zij hun geld aan hebben toevertrouwd weer geïnformeerd over hoeveel er is verdiend en welk deel van die winst als dividend kan worden uitgekeerd.
Maar wat is winst? Volgens de internationale organisatie van boekhoudregels IASB en de Europese toezichthouder ESMA zou het geen kwaad kunnen als bedrijven daarover wat meer op één lijn gaan zitten. Want de ene winst is de andere niet, en daardoor kunnen beleggers nog weleens op het verkeerde been worden gezet.
Het wemelt in de jaarverslagen al jaren van de alternatieve winstbegrippen en kengetallen waar bedrijven het behaalde resultaat mee uit willen drukken. Ebitda, beia, underlying income en andere begrippen waarvoor geen gestandaardiseerde definities bestaan verdoezelen maar al te vaak hoe de vlag er werkelijk bij hangt.
Het is van groot belang voor beleggers dat hier meer aandacht voor komt. Het is soms een studie op zich te begrijpen wat een bedrijf wel meeneemt en wat juist buiten beschouwing wordt gelaten.
Sommige begrippen lijken vooral in het leven te zijn geroepen om de prestaties van bedrijven te flatteren. Het toppunt hierin werd onlangs bereikt door de sterk verlieslatende Amerikaanse kantoorverhuurder WeWork, die in zijn prospectus de ‘community-adjusted ebitda’ als winstcijfer opvoerde – maar dat bleek eigenlijk gewoon de omzet te zijn.
Een goed winstbegrip is van belang, omdat veel beleggers de koers-winstverhouding als belangrijkste maatstaf zien voor de koopwaardigheid van een aandeel. De teller wordt bepaald door het marktsentiment en soms ook opgedreven door een te rooskleurige voorstelling van zaken, maar als de noemer (de winst) van alles kan zijn, heb je er helemaal weinig aan.
Overigens is die koers-winstverhouding sowieso een begrip waar de aandelenbelegger goed mee moet uitkijken, want aandelen met een lage koers-winstverhouding zijn niet per se koopwaardig. Het gaat ook om de mate waarin een bedrijf op de lange termijn in staat is de kosten van het kapitaal terug te verdienen. Maar daarover leest u meer vanaf pagina 26.
Dit is een column van Paul Koster, directeur van de VEB