De wereldwijde markt voor stookolie gaat in 2020 op zijn kop door regelgeving die de zwaveluitstoot door schepen beperkt. De scheepvaart en raffinage verkeren hierdoor in onzekerheid. Voor tankopslagbedrijf Vopak is het juist een kans, aldus financieel topman Gerard Paulides.
Vopak publiceerde maandag resultaten over het derde kwartaal. De netto kwartaalwinst kwam uit op 36,7 miljoen euro. Dat betekende meer dan een halvering ten opzichte van vorig jaar, maar dat was vooral te wijten aan een eenmalige last van 51 miljoen euro op de terminal in Venezuela. De operationele winst (ebitda) bleef ongeveer gelijk.
Vopak toonde zich optimistisch over 2019. Het bedrijf is bezig om nieuwe opslagcapaciteit in Maleisië in bedrijf te nemen en voorziet vooral hierdoor een significante winststijging. Deze verwachting had Vopak eerder al uitgesproken en daar hield het dus aan vast.
In de analistencall was een belangrijk onderwerp van gesprek echter de zogenaamde IMO 2020 regelgeving. Deze bepaalt dat stookolie voor schepen vanaf 1 januari 2020 nog maximaal 0,5 procent zwavel mag bevatten. Deze grens is nu nog 3,5 procent.
De meeste gebruikte brandstof voldoet hier niet aan. Dit betekent dat de scheepvaartsector voor een grote omwenteling staat. Schepen zouden kunnen worden uitgerust met apparatuur die de zwavel uit de uitlaatgassen filtert, zogenaamde ‘scrubbers’. Andere opties zijn dat schepen over gaan op gas (LNG) of natuurlijk de overstap maken naar minder zwavelhoudende brandstof.
Op dit moment is nog niet duidelijk wat de dominante oplossing zal worden. Het is echter wel duidelijk dat er een flinke impact zal zijn op de prijzen van de verschillende brandstoffen. Ingewikkeld is dat de prijsontwikkeling de keuze ook weer kan beïnvloeden.
Zo verwacht consultingbureau McKinsey dat de prijs van stookolie met hoge zwavelconcentraties zal dalen. Hierdoor daalt ook de terugverdientijd voor scrubbers snel waardoor die interessanter worden.
De onzekerheid houdt de scheepvaart en de raffinage enigszins in de houdgreep. Zolang de scheepvaart niet kiest, kiezen raffinagebedrijven ook niet en vice versa.
Vopak bereidt zich als tussenschakel wel voor. Er is 40 miljoen euro uitgetrokken om opslag geschikt te maken voor de stookolie met een lage zwavelconcentratie. In de Rotterdamse haven gaat het om een half miljoen kubieke meter opslag. Vopak had deze zomer al een verhuurovereenkomst gesloten met vervoerder Maersk.
Financieel topman Paulides zei maandag dat er ook een tweede grote klant is binnengehaald, een niet bij naam genoemd olie- en gasconcern. Analisten vroegen hoe het ervoor staat in de andere grote locaties, Singapore en Fujairah in de Verenigde Arabische Emiraten.
Paulides antwoordde dat de markt in Europoort (Rotterdam) het verst gevorderd is, maar dat Vopak klaar is, ongeacht de keuzes die de klanten maken. “We hebben voor onze hele portefeuille getoetst wat er nodig is in de markt. We voeren aanpassingen door in Nederland, Singapore en Fujairah en een beperkt aantal andere locaties. Het totaalbedrag dat we daarvoor nodig hebben is 40 miljoen euro”, zei hij.
Vopak ziet deze omwenteling dan ook helemaal niet als een bedreiging. “Wij leven van het bij elkaar brengen van vraag en aanbod. In principe is verstoring van de markt goed.”
De komst van IMO 2020 zal volgens veel analisten leiden tot grote volatiliteit in de hele waardeketen van scheepsbrandstoffen. Hoewel Vopak daar een onderdeel van is, verwacht het dus dat het in zijn stukje van de keten mee zal vallen.
Het aandeel Vopak won maandag ruim 5 procent en kost op 42 euro bijna 18 keer de winst die analisten voor 2019 verwachten (bron: Bloomberg). Dat analistengilde is per saldo niet heel positief over het aandeel: 4 geven er een koopadvies, 5 zeggen houden, 5 zijn van mening dat beleggers beter kunnen verkopen.