De aandelenbeurzen krijgen de laatste dagen klap na klap. De rente stijgt, vooral in de VS. Maar tegenover die iets hogere rente staan winsten die de pan uit rijzen en een economie die op stoom komt. Het is de vraag voor veel beleggers of het hier bij blijft.
De reeks van zes dagen met dalende Amerikaanse aandelenmarkten heeft de angst voor een correctie of zelfs een beurskrach gevoed. De oplopende rente lijkt net als begin februari, toen de beurzen ook corrigeerden, de hoofdschuldige. Daar staan echter een goed draaiende economie en oplopende bedrijfswinsten tegenover.
De Dow Jones Index verloor woensdag 3,2 procent en donderdag nog eens 2,1 procent. Alle aandelen in de bekendste Amerikaanse index kregen een opdoffer. De S&P 500 ging met vergelijkbare percentages achteruit, de S&P zakte in de afgelopen twee dagen met ruim 5 procent.
De Amerikaanse beurzen hebben nu zo’n 7 procent verloren op de laatste recordstanden. Daarmee is nog geen sprake van een correctie, want dat is een koersdaling van minstens 10 procent, maar de beurs is wel een stuk op weg.
Begin dit jaar hadden de Amerikaanse beurzen wel te maken met een correctie. Toen ging er net iets meer dan 10 procent van de S&P 500 af door angst voor een oplopende rente. Een hogere rente drukt de koersen van zowel obligaties als aandelen naar beneden.
De Amerikaanse tienjaarsrente is de laatste weken duidelijk door de grens van 3 procent gegaan en staat inmiddels in de buurt van 3,2 procent. Dit is het hoogste niveau sinds 2011, maar het is in historisch perspectief nog steeds behoorlijk laag.
“Er is a priori geen enkele reden waarom de Amerikaanse aandelenkoersen zouden gedijen bij een tienjarige rente van 2,9 procent en dreigen in te storten als die rente 3,15 procent bedraagt”, stelde hoofdeconoom Edin Mujagić in een publicatie van vermogensbeheerder OHV dan ook.
Hij wees er ook op dat de reële rente, de rente min inflatie, rond de 0 procent ligt. “In het verleden lieten de aandelenkoersen in de VS juiste imposante stijgingen zien bij renteniveaus die we tegenwoordig zien.”
Tegenover de angst voor oplopende rente staat ook een Amerikaanse economie die naar een hogere versnelling is geschakeld. De afgelopen twee kwartalen groeide de economie met meer dan 4 procent.
De bedrijfswinsten lopen ook op. Dataverzamelaar Factset verwacht dat de gemiddelde winst per aandeel van bedrijven in de S&P 500 in het derde kwartaal met 20 procent is toegenomen ten opzichte van vorig jaar. Het ziet ernaar uit dat de winstgroei in 2017 en 2018 samen uitkomt op 35 procent.
Voor de waardering van aandelen is de rente van belang, maar uiteindelijk zijn de bedrijfswinsten en de toestand in de economie minstens zo belangrijk. Met beiden gaat het in de VS nog crescendo waardoor verdere grote koersdalingen volgens de meeste beleggingsexperts niet erg waarschijnlijk zijn.
Maar dat is geen garantie, natuurlijk. Een stijgende rente maakt de in koers gedaalde obligaties voor beleggers die nu willen instappen aantrekkelijker. Dat geldt in mindere mate voor de eveneens in koers gedaalde aandelen, omdat analisten de toekomstige winsten tegen een hogere rente naar het heden moeten vertalen, wat ertoe leidt dat de koersdoelen lager worden. Met name bedrijven met optimistische verwachtingen over hoge winsten in de verre toekomst worden hierdoor geraakt. De grootste verliezers van de oplopende rente zijn daarom te vinden onder de naar verwachting snelgroeiende technologiebedrijven die nu nog verlies maken. In dit soort tijden blijven de defensieve aandelen zoals de makers van consumentenproducten beter liggen.