Na een procedure van ruim acht jaar heeft de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam bepaald dat het ICT-bedrijf Landis ten onder is gegaan aan wanbeleid door bestuur en commissarissen.
De VEB had de Ondernemingskamer (OK) gevraagd dit wanbeleid vast te stellen bij Landis.
Het is ruim negen jaar geleden dat het faillissement van Landis Group NV werd uitgesproken. Daarbij verdampte 800 miljoen euro aan beurswaarde.
De door bestuurder Paul Kuiken in hoog tempo gepleegde acquisities deden het bedrijf de das om. In 2000 spiegelde Landis beleggers nog een winstgroei per aandeel van 100 procent voor.
Het aantal medewerkers zou worden uitgebreid van 3500 naar 10.000, de omzet van een op te zetten internetportal zou 1 miljard euro bedragen en Landis wilde een marktaandeel van 30 procent in de aanleg van UMTS netwerken. Op 8 juli 2002 was het spel over en uit en werd het faillissement uitgesproken.
Hard oordeel
De OK oordeelt dat zowel het bestuur als de de raad van commissarissen van Landis verantwoordelijk is voor het wanbeleid.
Het bestuur heeft de risico’s van het eigen beleid niet onder ogen gezien. Het heeft de eigen situatie welbewust en op wezenlijke onderdelen gunstiger voorgesteld dan gerechtvaardigd.
Ook is er meerdere jaren sprake geweest van handelen in strijd met elementaire beginselen van ondernemerschap.
De commissarissen van Landis zijn schuldig aan het wanbeleid omdat ze onvoldoende kritisch toezicht hebben gehouden, niet tijdig hebben onderkend dat ze onvoldoende deskundig waren en niets hebben gedaan om dat gebrek aan kennis te te verhelpen.
Reactie VEB
VEB-directeur Jan Maarten Slagter reageert opgetogen: "De VEB is verheugd met deze uitspraak. Dit is de opmaat voor onze aansprakelijkheidprocedure tegen de betrokken bestuurders en commissarissen die wanbeleid hebben gepleegd. Die procedure moet leiden tot compensatie van de gedupeerde beleggers in Landis."
Hoofdrolspeler
Hoofdrolspeler in dit dossier is Landis-bestuurder Paul Kuiken. Hij heeft inmiddels voor Landis twee strafrechtelijke veroordelingen mogen ontvangen. De rechtbank Amsterdam oordeelde in 2004 dat hij schuldig is aan het vervalsen en antedateren van de optieregeling bij Landis.
In hetzelfde jaar werd hij veroordeeld voor het aanzetten tot handel met voorkennis ten tijde van de aandelenemissie van Landis in juli 2001. Daar komt nu de kwalificatie wanbeleid bij.