Accountant Deloitte heeft actief geprobeerd om gedupeerde beleggers om de tuin te leiden. Dat is in strijd met de regelgeving voor accountants. De VEB heeft toezichthouder AFM verzocht om op te treden.
Beleggers die gedupeerd zijn door eerdere fraude bij Ahold zijn al jaren bezig om ook schade te verhalen op Deloitte dat de boekhouding van Ahold onterecht goedkeurde.
Door te schuiven met posten tussen verschillende juridische entiteiten heeft accountant Deloitte afgelopen jaren geprobeerd beleggers met hun schadeclaim naar het ‘verkeerde loket' te sturen. En dat is "een accountant onwaardig", zoals VEB-directeur Jan Maarten Slagter het verwoordde.
Begin februari 2012 bleek dat bedrijvenonderzoeker Pieter Lakeman van Sobi bijna vier jaar tegen Deloitte Accountants B.V. heeft geprocedeerd voordat duidelijk werd dat zij de Maatschap Deloitte Accountants had moeten aanspreken en niet Deloitte Accountants B.V.
Deze misleiding staat niet op zich. Deloitte heeft in 2008 ook jegens de VEB de schijn gewekt dat de vordering van gedupeerde Ahold beleggers was overgegaan naar Deloitte Accountants B.V.
Het handelen van Deloitte en haar bestuursvoorzitter is in strijd met de regelgeving voor accountants. Daarom heeft de VEB het handelen van Deloitte en Dassen aan de AFM voorgelegd.
Fraude bij Ahold en berisping Deloitte door tuchtrechter
De boekhoudfraude bij Ahold kwam op 23 februari 2003 aan het licht. Al in 2004 nam Pieter Lakeman van Sobi namens gedupeerde Ahold beleggers bij de tuchtrechter actie tegen de verantwoordelijk accountant.
Met succes: de tuchtrechter berispte de accountant op 12 maart 2007, in hoger beroep werd dit oordeel bevestigd.
Schimmige transacties bij de notaris in 2004
Deloitte Accountants B.V. had op 1 juni 2004 alle activa en passiva "die aan de maatschapsaandelen zouden zijn toe te rekenen" van de Maatschap Deloitte Accountants overgenomen, zo blijkt uit de door de notaris gepasseerde akte.
Met deze opmerkelijke, onduidelijke formulering is beoogd, zo blijkt nu, de vordering van de beleggers bij de Maatschap Deloitte Accountants ongemerkt achter te laten.
Misleiding van VEB: Onderhandelingen in 2008
Vijf jaar na de fraude bij Ahold, in februari 2008, dreigde de vordering van gedupeerde beleggers te verjaren. Deloitte wenste toen aan de VEB desgevraagd geen duidelijkheid te geven of de vordering was overgedragen aan Deloitte Accountants B.V. of bij de Maatschap Deloitte Accountants was achtergebleven.
Wel stuurde Dassen een brief op 18 februari 2008 waarin hij stelde:
"Deloitte Accountants B.V. ("Deloitte") en VEB komen het volgende overeen: Deloitte stemt in met een stuiting met beperkte duur van de zonder deze overeenkomst mogelijk verlopen verjaringstermijn van mogelijke vorderingen van (voormalig) aandeelhouder van Ahold in verband met de op 23 februari 2003 gepubliceerde feiten [...]".
De Maatschap Deloitte Accountants wordt in deze brief niet eens genoemd. Nu de vordering niet was overgenomen door de B.V. sloeg de brief van Dassen nergens op. De brief kan daarmee alleen de functie hebben gehad de VEB te pogen te misleiden.
Zekerheidshalve heeft de VEB een dag later, op 19 februari 2008, bij alle partners van Maatschap Deloitte Accountants
brief laten bezorgen om de vordering ook jegens hen te stuiten.
Handelen in strijd met de Wta
Het handelen van Deloitte Accountants B.V. en Dassen tart alle wetten, regels en integriteitsnormen die accountants in acht moeten nemen.
Zo schrijft de Wet toezicht accountantsorganisaties voor dat de betrouwbaarheid van de personen die het dagelijks beleid van de accountantsorganisatie bepalen buiten twijfel moet staan.
Ook moet een accountant zich onthouden van handelen dat het accountantsberoep in diskrediet brengt.
Procedure van de VEB
De VEB heeft op 7 februari 2012 de individuele partners van de Maatschap Deloitte Accountants gedagvaard en zal zich hardmaken voor schadevergoedingen van hen aan gedupeerde beleggers. De precieze schade zal nog moeten worden vastgesteld.
De totale schade in de Ahold zaak bedroeg USD 16 miljard. De VEB voert de procedure tegen accountants als collectieve belangenbehartiger. Gedupeerde aandeelhouders kunnen zich bij de VEB actie aansluiten door lid te worden van de VEB
Door te schuiven met posten tussen verschillende juridische entiteiten heeft accountant Deloitte afgelopen jaren geprobeerd beleggers met hun schadeclaim naar het ‘verkeerde loket' te sturen. En dat is "een accountant onwaardig", zoals VEB-directeur Jan Maarten Slagter het verwoordde.
Begin februari 2012 bleek dat bedrijvenonderzoeker Pieter Lakeman van Sobi bijna vier jaar tegen Deloitte Accountants B.V. heeft geprocedeerd voordat duidelijk werd dat zij de Maatschap Deloitte Accountants had moeten aanspreken en niet Deloitte Accountants B.V.
Deze misleiding staat niet op zich. Deloitte heeft in 2008 ook jegens de VEB de schijn gewekt dat de vordering van gedupeerde Ahold beleggers was overgegaan naar Deloitte Accountants B.V.
Het handelen van Deloitte en haar bestuursvoorzitter is in strijd met de regelgeving voor accountants. Daarom heeft de VEB het handelen van Deloitte en Dassen aan de AFM voorgelegd.
Fraude bij Ahold en berisping Deloitte door tuchtrechter
De boekhoudfraude bij Ahold kwam op 23 februari 2003 aan het licht. Al in 2004 nam Pieter Lakeman van Sobi namens gedupeerde Ahold beleggers bij de tuchtrechter actie tegen de verantwoordelijk accountant.
Met succes: de tuchtrechter berispte de accountant op 12 maart 2007, in hoger beroep werd dit oordeel bevestigd.
Schimmige transacties bij de notaris in 2004
Deloitte Accountants B.V. had op 1 juni 2004 alle activa en passiva "die aan de maatschapsaandelen zouden zijn toe te rekenen" van de Maatschap Deloitte Accountants overgenomen, zo blijkt uit de door de notaris gepasseerde akte.
Met deze opmerkelijke, onduidelijke formulering is beoogd, zo blijkt nu, de vordering van de beleggers bij de Maatschap Deloitte Accountants ongemerkt achter te laten.
Misleiding van VEB: Onderhandelingen in 2008
Vijf jaar na de fraude bij Ahold, in februari 2008, dreigde de vordering van gedupeerde beleggers te verjaren. Deloitte wenste toen aan de VEB desgevraagd geen duidelijkheid te geven of de vordering was overgedragen aan Deloitte Accountants B.V. of bij de Maatschap Deloitte Accountants was achtergebleven.
Wel stuurde Dassen een brief op 18 februari 2008 waarin hij stelde:
"Deloitte Accountants B.V. ("Deloitte") en VEB komen het volgende overeen: Deloitte stemt in met een stuiting met beperkte duur van de zonder deze overeenkomst mogelijk verlopen verjaringstermijn van mogelijke vorderingen van (voormalig) aandeelhouder van Ahold in verband met de op 23 februari 2003 gepubliceerde feiten [...]".
De Maatschap Deloitte Accountants wordt in deze brief niet eens genoemd. Nu de vordering niet was overgenomen door de B.V. sloeg de brief van Dassen nergens op. De brief kan daarmee alleen de functie hebben gehad de VEB te pogen te misleiden.
Zekerheidshalve heeft de VEB een dag later, op 19 februari 2008, bij alle partners van Maatschap Deloitte Accountants
brief laten bezorgen om de vordering ook jegens hen te stuiten.
Handelen in strijd met de Wta
Het handelen van Deloitte Accountants B.V. en Dassen tart alle wetten, regels en integriteitsnormen die accountants in acht moeten nemen.
Zo schrijft de Wet toezicht accountantsorganisaties voor dat de betrouwbaarheid van de personen die het dagelijks beleid van de accountantsorganisatie bepalen buiten twijfel moet staan.
Ook moet een accountant zich onthouden van handelen dat het accountantsberoep in diskrediet brengt.
Procedure van de VEB
De VEB heeft op 7 februari 2012 de individuele partners van de Maatschap Deloitte Accountants gedagvaard en zal zich hardmaken voor schadevergoedingen van hen aan gedupeerde beleggers. De precieze schade zal nog moeten worden vastgesteld.
De totale schade in de Ahold zaak bedroeg USD 16 miljard. De VEB voert de procedure tegen accountants als collectieve belangenbehartiger. Gedupeerde aandeelhouders kunnen zich bij de VEB actie aansluiten door lid te worden van de VEB